Pagina's

maandag 28 januari 2013

De kindervriend.

Vanmorgen, in de trein.

Ik had een afspraak voor mijn masterthesis en ik moest dus naar Utrecht. Zit ik in de trein naar Amersfoort, hoor ik een meneer en een mevrouw met kindjes de trein binnenkomen. (Hoor ik ja, want één van de kindjes kon praten - hard en veel). Ik ben niet zo'n grote kindervriend (11x tante en helemaal niet zo aardig tegen kinderen) en baalde even dat er geen stiltecoupé in die trein was (maar meestal gaan mensen met kinderen alsnog in die stiltecoupé zitten, zo zijn ze wel). Afijn, een station verder stapt er een meneer in met een jongetje die heerlijk kaasstengels zat te knabbelen. Hij was schattig, want hij hield z'n mond en keek vol ontzag naar de razende auto's op de snelweg. Toen hief het kereltje wat bij station A al was binnengekomen vrolijk gezang aan (de zon scheen, het was een mooie dag en waarom dan niet heel hard zingen in de trein? Dat zouden meer mensen moeten doen). Hij zag in gedachten een man met een rode jas en een mijter enzovoorts met een stoomboot aankomen en galmde dat door de trein. Het andere kereltje, die met de kaasstengels van station B - heel zoet en farizees tegen zijn papa: "Die is toch allang weg?"
(Waarop de papa tegen hem zei dat het jongetje die ochtend zelf ook nog een sinterklaasliedje had gezongen, maar dat hij dat blijkbaar alweer vergeten was. Het jongetje leek zich daar inderdaad niets meer van te kunnen herinneren).

Heel, heel soms zijn kinderen toch wel grappig! Zolang de mensen mij maar niet dwingen om oh en ah te roepen en lief tegen ze te zijn en ik op een afstandje mag gluren of meeluisteren..

Geen opmerkingen:

Een reactie posten