Pagina's

donderdag 31 januari 2013

Mensen aardig vinden en gym.

Ik heb me bedacht dat ik wil leren om alle mensen te mogen, of ze nu leuk zijn of stom. Het is veel handiger om het goede in iedereen te zien - zelfs als dat een beetje naïef is. Misschien is de reden wel helemaal niet zo altruïstisch - misschien zelfs wel redelijk egoïstisch, want als ik iedereen straks aardig vind, wie weet, vinden de mensen dat mij dan ook wel (en dat wil ik dan maar weer veel te graag). In de diepten van mijn simpele niet per se onaardige ziel zit nog een hoop onaardigheid verstopt, geloof me.

Maar goed, nu leef ik dus nog in de tijd dat ik nog niet iedereen aardig vind. Eén persoon die ik ooit écht niet aardig vond was een gymlerares. Achteraf gezien was ze denk ik best prima. Maar voor mij toen niet. Je moet je voorstellen, ik was zestien en de grootste gruwelijke ramp in gym. En één van de trauma's die ik me herinner uit die tijd was dat we dus moesten trapezezwaaien - in het kader van: stel dat je toch ooit je leven in een circus in de waagschaal wilt stellen. Maar gewoon trapezezwaaien was niet eng genoeg, nee. We moesten ook een koprol aan die trapeze. (Dat is al best eng, toch? Al zwaaiende koprollen). Maar het werd nog een beetje enger want eigenlijk was dat nog steeds niet eng genoeg, we moesten op zo'n hoge kast (zo'n gymkast, je kent dat wel) gaan staan. Bibberdebibber - ik weet te goed wat hoogtevrees is en ik bedacht me dat ik het wel prima vond maar dat ze op haar hoofd kon staan als ze dat wilde maar dat ik het mooi NIET deed. Dat was best. Maar dan moest ik het aan het einde van het jaar doen. (Dat moest ik echt. Maar leve de moeders die opbellen omdat hun arme zielige dochtertjes hoogtevrees hebben en staan te bibberen op hoge kasten, dochters die geen koprol durven te doen aan een stilhangende trapeze, laat staan op zo'n ding wat een aantal meters boven de grond heen en weer zweefde. Ik sta nog steeds achter mijn 'ik vertik het beslissing'). Maar die mevrouw dus - die me eigenlijk dwong om dat te doen. Nee, die kan ik nog steeds niet uit de categorie 'mensen die ik niet aardig vind' krijgen; ook al is het allemaal alweer jaren geleden.

Over mij bij gym zijn helaas meer leuke verhalen te vertellen. (Of niet zo leuke, zo je wilt). Ik onthou altijd heel veel stomme dingen. Zo ook dat we gingen volleyballen. De juf zei (ik vind het woord juf even leuk, sorry) dat degenen die het écht goed konden apart moesten gaan staan. Zij zouden de basis van de groep zijn. En toen - ik durf het haast niet te zeggen - zei ze: En wie van jullie krijgt geen bal omhoog? Ik had toen natuurlijk nooit een vinger op moeten steken en moeten fluisteren: "Ik". Er waren nog wat anderen ook, maar het getuigt natuurlijk niet per se van het meeste zelfvertrouwen. En zo werden wij, de kneusjes, de zielepootjes, verdeeld over de groepen met ijdeltuiten-met-volleybalcapaciteiten. En toen wandelde ik dus naar m'n groep - ik was de tweede, een jongen met volleybalcapaciteiten stond er al. Hij knipperde eens met z'n ogen. En nogeens. En nógeens. En ik was het echt. Schokkend. Zijn gezicht betrok en hij probéérde nieteens meer beleefd te blijven want hij wilde winnen. Niet een kneusje als ik helpen. Op die momenten wil je liever niet bestaan. Dat zou op die momenten heel fijn zijn geweest. Maar op de één of andere wonderbaarlijke manier kon ik zó niet opslaan met volleyballen dat de andere groepen ze steeds misten en we uiteindelijk iets van tweede ofzo werden. Maar goed, ik bij gym dus. Geen goede combinatie.

En nu moet ik dus nog steeds leren om sommige mensen aardig te gaan vinden.

dinsdag 29 januari 2013

Missen.

Ik kan me er zo boos om maken dat ik te goed in staat ben om mensen heel hard te missen als ik ze een beetje lang niet gezien heb. Het is namelijk zo ontzettend zinloos altijd - omdat ik altijd de illusie heb dat als ik iemand mis diegene mij ook wel moet missen, maar het is precies zoals ik het al noemde: een illusie. En dáár kan ik me vooral zo boos om maken. Dat stomme veel te optimistische verbeeldingsvermogen van mij.

maandag 28 januari 2013

De kindervriend.

Vanmorgen, in de trein.

Ik had een afspraak voor mijn masterthesis en ik moest dus naar Utrecht. Zit ik in de trein naar Amersfoort, hoor ik een meneer en een mevrouw met kindjes de trein binnenkomen. (Hoor ik ja, want één van de kindjes kon praten - hard en veel). Ik ben niet zo'n grote kindervriend (11x tante en helemaal niet zo aardig tegen kinderen) en baalde even dat er geen stiltecoupé in die trein was (maar meestal gaan mensen met kinderen alsnog in die stiltecoupé zitten, zo zijn ze wel). Afijn, een station verder stapt er een meneer in met een jongetje die heerlijk kaasstengels zat te knabbelen. Hij was schattig, want hij hield z'n mond en keek vol ontzag naar de razende auto's op de snelweg. Toen hief het kereltje wat bij station A al was binnengekomen vrolijk gezang aan (de zon scheen, het was een mooie dag en waarom dan niet heel hard zingen in de trein? Dat zouden meer mensen moeten doen). Hij zag in gedachten een man met een rode jas en een mijter enzovoorts met een stoomboot aankomen en galmde dat door de trein. Het andere kereltje, die met de kaasstengels van station B - heel zoet en farizees tegen zijn papa: "Die is toch allang weg?"
(Waarop de papa tegen hem zei dat het jongetje die ochtend zelf ook nog een sinterklaasliedje had gezongen, maar dat hij dat blijkbaar alweer vergeten was. Het jongetje leek zich daar inderdaad niets meer van te kunnen herinneren).

Heel, heel soms zijn kinderen toch wel grappig! Zolang de mensen mij maar niet dwingen om oh en ah te roepen en lief tegen ze te zijn en ik op een afstandje mag gluren of meeluisteren..

zaterdag 26 januari 2013

Relaxdag!

Ik ben alleen thuis vandaag en ik ga ervan genieten. (Eigenlijk is het opvallend in hoeverre mijn blog een soort van dagboek is hè? Maar misschien komt dat ook wel omdat mijn leven te hectisch is om veel andere dingen hier neer te zetten). Hectisch, omdat ik - wat ik vast al gezegd had - in de afrondingsfase van mijn masteronderzoek zit en dus moet analyseren. Het is zo erg dat ik er al twee nachten over heb gedroomd en dat als ik bezig ben met analyseren ik amper meer weet dat ik leef ofzo. En áls ik dan al even naar beneden ging om thee te drinken dan hamerden mijn gedachten als een malle in mijn hoofd dat ik weer naar boven moest (en snel) omdat daar een mooi spss-databestand op mij wachtte. Anyway, ik heb de analyses inmiddels wel zo'n beetje uitgevoerd - maar ik heb dus nog net zo'n onderbuikgevoel als vroeger bij wiskunde, want als er een mogelijkheid was tot een bepaalde fout dan was ik degene die hem maakte. Dus straks zijn al mijn mooie significante resultaten alleen maar het resultaat van een hoop domheid van mijn kant. (Straks word ik opgesloten omdat ik de wetenschap geen dienst heb bewezen. Dan moet ik vanuit de gevangenis bloggen).

Maar goed, ik ben dus alleen thuis en ik ga ervan genieten. Pistoletjes gekocht, want die zijn lekker - en mijn haakwerkje ligt klaar (muhaha, nu voel ik me bijna alsof ik zodadelijk een praatje ga houden over mijn kunstgebit) en ik ben nog een mooi boek aan het lezen (eten, bidden, beminnen, best tof om te lezen, al heb ik niet zoveel met dat yoga-gebeuren). Misschien ga ik zelfs maar weer eens fluit en gitaar spelen want dat is allemaal alweer veel te lang geleden.

Gisteren was een goede vriendin van mij jarig en op haar verjaardag was haar aanstaande schoonfamilie aanwezig - die zo ontzettend muzikaal was. Ik vond het echt heel, heel erg tof om gewoon 's avonds in een huiskamer te zitten met heel veel mensen en dan een man - geen idee hoe oud - die een gitaar pakt en eventjes John Denver eruitknalt - en dan ook echt mooi en er vervolgens ook nog eens enorm mooi bij zingt. En een ander, die geloof ik zo'n beetje singer-songwriter was, die zomaar een liedje van Ray LaMontagne zingt. Ja, muziek is tof!

Nu nog maar even een liedje van Ray LaMontagne dan, met dank aan Ties, die hem ooit op haar blog postte.




woensdag 23 januari 2013

Isolatie.

Ik voel me een beetje geïsoleerd. Een soort van kluizenaar, zeg maar. En eigenlijk is dat raar, want ik heb de afgelopen week echt belachelijk veel gedaan - lees veel mooie mensen ontmoet en leuke dagen/avonden gehad. Dat ik me geïsoleerd voel, komt omdat mijn Masteronderzoek heel voorzichtig zijn einde nadert en er dus ge-analyseerd moet worden. Ik heb het wiskundig inzicht van een kind van drie, dus stel je ongeveer voor hoe ik luid lelijke woorden zeggend hier achter mijn pc zielig zit te zijn. Vooral ook omdat mijn laptop er nog steeds niet is en deze computer als het een mens was een omaatje achter een rollator was die nooit op tijd over kan steken, omdat het stoplicht alweer rood is als ze pas halverwege is. (Dit moet je enig beeld geven van de sloomheid en traagheid van deze pc). Maar toen ik stiekem even ging kijken bij de eerste hypothese leek het wel een beetje significant resultaat te geven dus dat zou zo ontzettend leuk zijn, dan weer. Maandag had ik mijn laatste tentamen en met een beetje pech wordt dat nog een herkansing omdat het vreselijk moeilijk was en er een paar ontzettend irritante rotvragen inzaten. Heel vervelend als je zeven vragen hebt en er een stuk of drie eigenlijk niet of maar half weet. Veel dagdromen kan dan tot creativiteit leiden, maar dagdromen helpt je geen zier verder als je irritante rouw en traumavragen moet beantwoorden. (Wat klink ik mopperig!). Nog één mopperdingetje dan:  Het is dus definitief niks geworden met stageplekken. Gisteren had ik toch een aardige mevrouw aan de lijn, ze was echt leuk! - 'wij werken alleen samen met de universiteit Nijmegen'. Die had ik al eerder gehoord. Vandaag kreeg ik een brief waarin stond dat als we niets hadden gehoord we ook geen stageplek hadden. Nou, that's the case. Dus. Maar het ís natuurlijk een kans, dus ik ga echt vrijwilligerswerk doen - maar ik weet nog niet wat voor betaald werk ik daar eens naast moet gaan doen.. De mevrouw gisteren aan de telefoon had het over het nut van kruiwagentjes, maar mijn halve familie is boer of timmerman dus dat schiet niet zo op. Tenzij ik mag oefenen op koeien, maar dat schiet ook niet zo op.

(Als ik al te hard mopper probeer ik maar aan de ruisende sneeuw van zondagavond te denken en de stilte waarmee dat vergezeld ging).

maandag 21 januari 2013

I like snow.

Ik vind sneeuw zo ongelofelijk fijn. Ja, het is eng om erdoor te moeten rijden (heel zachtjes, want ik heb geen winterbanden) en glijden is ook griezelig. Maar de stilte en het zachte striemen van sneeuwvlokken en een lantaarnpaal en boerderijen in een besneeuwd landschap bij avond.. de kou, wandelen door de sneeuw en eindelijk eens voetstappen in de sneeuw zien. Ruim de gelegenheid hebben om dassen, mutsen, handschoenen en dikke jassen te dragen. O, van mij mag het nog wel heel lang zo zijn.

Dan nog maar een liedje wat ik gewoon qua uiterlijk van het filmpje wel heel goed vind passen bij nu.

maandag 14 januari 2013

De kater.

Een tijd terug kreeg ik van iemand een flesje bier - omdat ik bier moest leren drinken. Natuurlijk lust ik nog steeds geen bier, al heb ik er wel wat van gedronken, maar ik vond het idee zo grappig dat ik dat flesje bewaard heb.

Deze week, ik had eindelijk na veel gehaak mijn kat af. Een beetje slungelig was hij wel en hij zag er tamelijk sloom uit.

En toen had ik een idee. Want waarom zou ik hem niet combineren met het lege flesje?
(Hij zegt nog net niet 'burp'). Zie ook een stapel heerlijke boeken en een kerstkaartje.


zaterdag 12 januari 2013

Vervolg op gisteren!

Nu snap ik het, denk ik (lees mijn blog van gisteren). Al ons streven naar geluk is toch maar vergeefs. Dan kunnen we dus beter streven naar ongeluk, want daarin zullen we hoe dan ook niet falen - omdat dat zo makkelijk is. En wie weet ontdekken we in al ons streven naar ongeluk wel geluk, juist omdat we er zo wonderbaarlijk in slagen en omdat geluk net zoiets is als slapen: als je je erop concentreert dat het moet dan gebeurt het niet. Dus stel je voor dat het stoplicht wéér voor je neus op rood springt. Je kunt dan hoogstens denken: Zie je wel. Ik slaag in mijn missie.

En toch is het een gemene wereld waarin streven naar ongeluk stukken beter te doen is dan streven naar geluk.

(Ik sluit nog steeds niet uit dat het boek een stijlmiddel is en niet per se bedoeld is zoals ik het nu opvat, maar ik zie nu ineens ook wel iets in het idee dat zo ongelukkig mogelijk willen worden misschien wel juist geluk tot gevolg heeft - je bent de kramp van het 'ik moet gelukkig worden' namelijk een beetje kwijt. Ik vind het alleen bruut om anderen mee te slepen in jouw 'ongelukkig willen worden,' zoals de beroerde relatie-communicatie die beschreven wordt in het boek).

Anyway, het zijn maar ideeën. En ik hou er wel van om kennis op te doen. Het moment waarop we al onze kennis integreren en zeggen: zo, dit vind ik nu precies allemaal - komt toch nooit. Processen, processen enzo.


vrijdag 11 januari 2013

Handleiding voor ongelukzoekers.

Joehoe. Via marktplaats heb ik een handleiding voor ongelukzoekers op de kop getikt - het boek 'geluk is ook niet alles' van Watzlawick. En ik ben al heel erg gevorderd, want het boek 'leert' je hoe je het toch altijd voor elkaar krijgt om in de langste rij te staan of het verst te moeten lopen, ik ben expert in die dingen. Daarnaast gaat het in op communicatie in relaties - en hoe je dat vooral mis kunt laten gaan. Dat was ik nou niet van plan, maar ik kan er nog niet zoveel over zeggen. Dwing mensen ook vooral om dingen met plezier te doen, dé garantie dat ze er niets meer aan vinden. Op de één of andere manier is het dus bijzonder grappig om een boek te lezen over 'hoe je het best alles van de donkere kant bekijkt'.
(Daar heb ik vandaag al helemaal niet veel moeite mee, want ik ben hartstikke verkouden, voel me niet lekker en m'n laptop wil niet meer aan en is weggebracht met al mijn broodnodige bestanden er op, dus moet ik alles op de pc boven doen die superlangzaam is en die ik niet zomaar even van onder de bank vandaan tover om even m'n mail te kunnen checken. Ja. Ik vind mezelf zielig).

Nu dan een fragmentje uit het bewuste boek!

"Er kan bijvoorbeeld nauwelijks twijfel over bestaan dat een groot aantal van onze handelingen, zelfs de meest alledaagse, een element van gevaar bevatten. Hoeveel gevaar moet een mens voor lief nemen? Redelijkerwijs gesproken zo min mogelijk, of liefst helemaal niets. Profboksen of zweefvliegen aan een glider lijkt ook de waaghalzen onder ons te riskant. Auto rijden? Denk alleen maar eens aan het aantal mensen dat elke dag bij verkeersongelukken om het leven komt of invalide wordt. Maar ook lopen bevat veel gevaarlijke aspecten, die de vorsende blik van het verstand niet snel ontgaan. Tassendieven, uitlaatgassen, instortende huizen, vuurgevechten tussen bankrovers en politie, gloeiend hete brokstukken van Amerikaanse of Russische satellieten - er komt geen einde aan de waslijst, en alleen een halvegare zal zich onbekommerd blootstellen aan deze gevaren. Dan kun je maar beter thuisblijven. Maar ook daar bent u maar relatief veilig. Trappen, de boosaardige streken van de badkamer, gladde vloeren of vouwen in het tapijt, of gewoon vorken, messen, scharen en licht, om van gas, heet water en electriciteit nog maar te zwijgen. De enige verstandige conclusie die u lijkt te kunnen trekken is dat u 's morgens maar beter niet op kunt staan. Welke bescherming biedt uw bed echter tegen aardbevingen? En als al dat liggen nu eens tot doorliggen (decubitus) leidt?"
(uit: Geluk is ook niet alles, Paul Watzlawick, pp. 39, 40).

En toch vraag ik me nu af of die beste man écht wil dat we ongelukkig worden of dat het boekje meer ironisch bedoeld is. Op de achterkant staat namelijk dat je het ongeluk uit het kleine hoekje moet halen, het de ruimte moet geven en er iets mee moet doen. Of ben ik nog niet voldoende overgehaald door zijn verhaal? Kortom, ik moet nog nadenken over de clou van het boek. Maar tot die tijd geniet ik wel van de heerlijke adviezen om zo ongelukkig mogelijk door het leven te gaan.


donderdag 10 januari 2013

Iets aardigs!

Soms lees je echt geniale ideeën op de blogs van anderen. Zo las ik hier over het idee om op facebook een status te posten waarin je 2013 begint met iets aardigs! De eerste vijf mensen die reageren op die status geef je iets, zomaar. Dat kan iets zijn wat je gebakken hebt, of iets grappigs of een verrassing. Er is geen waarschuwing en het gebeurt wanneer je ervoor in de stemming bent. Eigenlijk moeten mensen die reageren het bericht ook weer delen, zodat het een hele ketting van aardigheid wordt.

Ik heb die formulering dus maar eens overgenomen, zonder mensen te hard te verplichten het ook weer te delen, omdat niet iedereen al die kettingberichten fijn vindt. En ik vind het dus gewoon een heel leuk en heel grappig idee en ik ben ook echt heel benieuwd wie nu allemaal mee gaan doen.


dinsdag 8 januari 2013

Ik weet het!

Ik ben eruit!

Gisteren, in de collegezaal. In alle hoeken wordt gefluisterd over de onmogelijkheid van het vinden van een stageplaats en als het dan niet over de onmogelijkheid gaat, dan wel over de immense moeilijkheid ervan. Misschien zijn moeilijkheden kansen, misschien wel. En dus weet ik nu wat ik ga doen als ik ook één van de hopeloze gevallen ben die het niet is vergund over een half jaar af te studeren. Ik ga gewoon lekker veel vrijwilligerswerk doen en dan misschien maar eens bij een instelling ofzo. Want ik doe dan ervaring op, leer een hoop en misschien ben ik dan wel meer 'klaar' voor het stagelopen dan ik me nu voel. Maar goed, tijd zal het dus leren, maar het geeft wel rust om een beetje beter te weten wat je wilt. Verder zal ik ook een 'echt' baantje moeten zoeken - want met alleen vrijwilligerswerk blijf ik een beetje blut natuurlijk.

O en, heel leuk: In 2011 hebben we met een hele club een bacheloronderzoek gedaan naar de obsessieve-compulsieve stoornis (checkgedrag enzo). En nu wordt dat gepubliceerd in een Nederlands tijdschrift. Eindelijk iets leuks voor op mijn cvtje :).

zaterdag 5 januari 2013

De vogeltjes!

Het is natuurlijk niet de bedoeling dat dit een haakblog gaat worden, maar mijn vogeltjes moet ik toch nog even posten. (Ik moet het nog leren hè, dus ze zien er wel wát vreemd uit).


donderdag 3 januari 2013

De uil en de thee.

Omdat jullie 'm wilden zien: de eerste uil. Hij is wel een beetje raar geworden - ik kwam dan ook steeds helemaal niet uit en ik snapte nog niks van het haken toen ik ermee bezig was, dus hij is vreselijk asymmetrisch met een hoop gaten, maar desondanks heeft hij wel iets schattigs. Inmiddels gaat het haken al een stuk beter.

Daarnaast: vakantie is thee drinken. Veel thee drinken. (En iedere dag tot half 10 in bed liggen). Nu kreeg ik uit het kerstpakket van mijn schoonzus een paar zakjes met losse thee en een soort van thee-ei. I like. Nieuwe thee-soorten uitproberen is altijd heel fijn. (Hilarisch detail: Een van die zakjes is een exotische groene thee met perzik en peper. (Echt, er zitten gewoon rode korreltjes in). En ik snap best dat veel verschillende benamingen best wel verwarrend zijn. Maar hoe mijn moeder erop kwam dat het erotische thee was? Versprekingen zijn grappig! :)



woensdag 2 januari 2013

2013's eerste blog hier.

*Lieve allemaal - ik hoop dat 2013 een ongelofelijk mooi jaar wordt voor iedereen! :)*

Ik heb wel een beetje een after-nieuwjaardip hoor. Ook al was onze oudjaarsavond erg prima. Ik logeerde bij mijn oudste zus - die altijd thuis is op dat soort dagen omdat de hond het liefst een gat in de grond groef en daarin onderdook geloof ik. Eerst gingen we naar de kerk - en ik ontdekte dat het slecht met mijn concentratie is gesteld, want ik ben ver, ver weg de hele tijd. (Je kunt dansjes voor m'n neus doen en nóg zie ik niets). Daarna ergens koffiedrinken - ben maar begonnen aan vogeltje #2. Mijn zwager zag me bezig met het schattige blauw en vroeg me waarom ik in vredesnaam babysokjes aan het breien was. Haken. Dit is haken. En het is een vogelstaartje met een lijfje. Ik hou nog steeds niet van kleine kinderen, sorry, dus ik ga zeker geen babysokjes maken voorlopig. En toen waren we weer thuis en was het twaalf uur. De kast vol vuurwerk, maar het regende te hard. Dus zaten we eensgezind op de bank en de vensterbank en zagen massa's vuurwerk de lucht ingaan.

En toen heb ik de halve nacht niet geslapen. Gewoon omdat het laat was en ik nooit kan slapen ergens anders. En omdat ik wél veel slaap nodig heb ben ik dan meestal de dag erop voortdurend aan het slaapwandelen en chagrijnig enzo. Maar dit keer viel het een beetje mee (wondermiddel, koffie).

En nu. 2012. (Snif). Het jaar van de mooier wordende vriendschappen en het nieuwe mensen leren kennen en volwassener worden en beginnen met een masteropleiding. Ik hóóp dus dat die opleiding afmaken gaat lukken in dít jaar, maar dat is nog maar een beetje de vraag. Maar geen zorgen, anders ga ik gewoon keihard vrijwilligerswerk doen - en dan iets wat ik leuk vind -. Ik heb ook in het achterliggende jaar ontdekt dat ik creatief zijn eigenlijk wel heel fijn vind. Er zijn dingen die ik in het komende jaar beter wil doen en wil bereiken. Maar de tijd zal wel uitwijzen of die dingen zullen lukken.