Pagina's

dinsdag 13 november 2012

Openlijke affectie enzo.

Het is maandagmorgen en ik zit in de bus in een niet nader te noemen stad. Tijd voor een college. Tegenover mij op de vier-zits, zitten hij en zij. Duidelijk hij en zij, want behalve hij en zij bestaat de wereld niet meer. Hij realiseert zich dat zij het koud heeft en hij houdt haar handen vast. Dit heeft nog een beetje schattigheidsgehalte, dat geef ik toe. Maar lang kan ze het onmogelijk koud hebben gehad. Al snel kijkt hij met een liefdevolle blik haar richting op (zie haar smelten). Inmiddels is de bus gereduceerd tot hun roze wolk en daarbuiten bestaat niemand meer, ook ik niet. Liedjes over kijken naar broodjessmerende beren begonnen door mijn hoofd te zingen. Zij, op hun roze wolk weten wel wat het allermooiste is. Het allerbeste. Elkaar. In elkaar opgaan. En ziedaar, ik ben nulkommanul expert, maar ik herken het wel als hij haar wil kussen. Hij kijkt wazig, zij kijkt wazig - ze zijn op luttele millimeters van elkaar - de wereld bestaat dus echt niet meer - ik, niet-bestaand, tuur hevig naar buiten, maar steeds wordt mijn blik weer naar hij en zij getrokken. Heeft iets te maken met witte beren. Als je ergens niet aan wilt denken of ergens niet naar wilt kijken dan doe je het lekker toch. En ja hoor, het leek de langverwachte balkonscène bij een koninklijk huwelijk wel.

Ik vind het prima als mensen van elkaar houden.

Maar op zich vind ik het nog meer prima als ze dat vooral aan elkaar laten zien als ík het niet kan zien.

2 opmerkingen:

  1. Oh ja, dat gebeurt zo vaak... die verliefde stelletjes die de buitenwereld vergeten en waar dan vervolgens iedereen getuige van moet zijn van die innigste zoen ooit.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik kan daar zo jaloers op worden hè... Als het goed is doe ik deze week nog een brief naar jou op de post trouwens, waarin ik verklaar waarom 't zo lang heeft geduurd.

    BeantwoordenVerwijderen