Ik heb één ding geleerd: Het is niet stoer om door te lopen als je ziek bent. Echt. Niet.
Gisterochtend werd ik wakker met een zere keel, zere spieren, zeer hoofd - gewoon lekker ziek. Met een beetje ibuprofen ging het gelukkig weer heel goed. En nu hebben we op zaterdag eens in de maand Bijbelstudie - en ik wil dat niet missen, omdat de sfeer fijn is en omdat het leerzaam is. Dus ik had gisterochtend eerst zo'n baalgevoel van: Heb ik weer eens iets leuks, kan ik niet gaan want ziek. Maar leve de ibuprofen dus. Dacht ik.
Het ging allemaal wel. Om vijf uur nam ik een paracetamol en de avond verliep prima. Tot dat ding tegen negenen uitgewerkt was en ik langzaam in een gloeikachel veranderde en niets anders kon dan snotteren en hoesten (het is zó benauwd als je neus dichtzit). Net of je heel erg wazig wordt dan, in je hoofd.
En toen realiseerde ik me dus dat ik eigenlijk helemaal niet zo stoer was om door te lopen. Ik bedoel, iedereen hier was ziek en ik sta nogal bekend als mietje dus wil ik ook eens laten zien wat ik kan, maar het is echt niet fijn als je ergens anders je vervelend zit te voelen - het komt een beetje over als aandacht vragen. (En straks steek je al die andere mensen ook nog aan. Stiekem voel ik me daar een beetje schuldig over).
Maar vandaag lig ik dus non-stop op de bank met een boek. Als het morgen maar weer beter gaat..
Geen opmerkingen:
Een reactie posten