Pagina's

donderdag 2 juni 2016

losse flarden II (werk).

wat ik mooi vind is als de mensen die dingen nog nooit met anderen hebben gedeeld - dingen die meestal pijn zijn, eenzaamheid misschien ook vaak - toch gaan vertellen en dat ik dan helemaal niet te klein of te dom ben om degene te zijn die naar hen luistert. dat voelt best gek maar ook heel waardevol.
-
misschien vind je me zielig zeggen ze als ze delen waar hun pijn nu echt zit. maar nee denk ik dan dat vind ik nu net niet. ik vind je sterk. dat je dit vertelt. dat zeg ik dan ook maar omdat ik hoop dat het helpt en ze geloven dat ik meen wat ik zeg.
-
wat ik moeilijk vind is als mensen zo groot en oud en wijs zijn en het toch niet goed met ze gaat en ze vertellen hun verhaal aan mij. wie ben ik dan denk ik dan. luister je wel naar mij? dat is niet altijd terecht.
-
het omslagpunt is zo mooi. ineens vallen de puzzelstukjes op hun plek.
-
het leven heeft ruwe randjes en de mensen doen zo goed hun best dat te maskeren want met alle andere mensen gaat het zo goed. lijkt het zo goed te gaan. gaat het ook vaak helemaal niet goed. je bent nooit alleen.
-
het is raar om mensen te zien die je kent en niet te weten wat je dan moet zeggen want hoi wat doe jij hier is niet bepaald wat je moet zeggen. en hoi werk jij hier is wat de mensen zeggen - tegen mij - en ik kan dan niet zoveel anders dan zeggen ja dat klopt.
-
ik ben altijd bang dat de mensen zeggen dat ze wel willen leven maar dat eigenlijk niet willen en hoe vaak ik dan moet vragen of ze wanhopig zijn of niet en hoe erg. want wat als?
-
ik verwonder me altijd dat mensen hun verhaal willen delen. dan vergeet ik even dat ik helemaal niet meer een huppelend klein meisje ben wat altijd alles van de ander verwacht maar dat ik nu zelf keuzes maak en moet weten wat ik wil. in het echte leven willen mensen ook zeker wel delen wat ze voelen maar dan mag ik veel minder vragen. nu mag dat ineens wel. dat is best gek.

maar ook waardevol.

maandag 30 mei 2016

niet zo raar

ik vraag me af waar ik ben en waar ik heen moet kijken
omdat ik natuurlijk weer eens verdwaald ben
doe niet zo raar zeg je je kunt niet eens
verdwalen hier het leven is wel
-
doe niet zo raar
maar toch het gaat er niet om
of iets kan wat ik denk bepaalt
wat ik zie en ervaar en daarna
denk ik
-
omdat ik natuurlijk weer eens verdwaald ben
laat ik in het venster met mijn benen
naar buiten naar de regen kijken
-
doe niet zo
-
(het gaat zelden in één keer goed)

donderdag 19 mei 2016

losse flarden I.

de dingen die gebeurd zijn (groot, klein, mooi of juist niet) worden weggeborgen in een klein hoekje in je hersenen. soms zelfs zover dat je niet eens meer weet dat iets ooit is gebeurd. pas als iets (een liedje, een verhaal) je daaraan doet denken, wordt de deur geopend en daar zijn ze dan. dingen die gebeurd zijn.
-
jij met je zeefje op de kleuterschool moet bij de juf komen omdat je veel te hard je huilen hebt ingehouden (je weet niet meer of je op de schommel wilde en dat niet mocht of dat iemand het zeefje af wilde pakken). je weet wel hoe de juf zich rot schrok omdat je bijna paars werd van het niet huilen. nooit huilen.
-
jij. je hoorde op de kleuterschool een verhaal over wolven. een plaatje van een wolf in het prentenboek. een plaatje van een wolf wat de hele nacht (waarin je dus maar gewoon niet sliep) op je netvlies stond gebrand. zo was je dan. dus.
-
je weet nog over een kattenverhaal wat de juf voorlas toen je de aller- allereerste keer op school ging kijken. en over een rode sticker op je stoel met je naam erop.
-
de kinderen die wisten dat ze met lijm en vouwblaadjes iets moois konden knutselen. jij kon dat niet omdat je knutselen zo stom vond. en omdat vouwblaadjes echt niet van plan waren te doen wat jij wilde dat ze zouden doen.
-
de speelgoedkrokodil met een rotte kies. die op je af kwam rijden als je die te pakken had. je vond dat natuurlijk heel eng want stel dat dat beest je hand eraf beet (je had vast één of andere macabere fantasie). je maakte meer lawaai dan de juf aankon en ze pakte je bij je schouders en liet je kwartetten. alleen. zo was je tenminste stil.
-
stiekem was je bang voor de juf. en dus plaste je steevast in je broek. zoals je bang was voor vuur (erg. bang.), straaljagers en het donker. je was zo bang voor vuur dat je absoluut niet naar verjaardagsfeestjes van de kinderen uit je klas wilde, als ze een kachel hadden. dat deed je dus pertinent niet.
-
wat hielden papa en mama van elkaar.
-
je fantasie was best groot. groter dan nu. jurkjes werden meisjes, werden speelgoed. en je hield van katten en sneeuw (de dingen die gebleven zijn).

dinsdag 17 mei 2016

Het spijt me.

de wind waait de bloesem van de bomen
en de regen - ik kan er niet meer tegen
waartegen zeg je
 -
de illusies die sluipend binnenwandelen
en met gedaver, stampvoetend weer vertrekken
 (ik droomde over een op hol geslagen olifant
en me uit de voeten willen maken
en de angst omdat dat niet kon
zonder verpletterd te worden).
-
ik kan er niet meer tegen, zeg ik
ik weet nog hoe het regende
en ik verdwaalde (alweer)
-
dit gaat wel heel erg over jou hè
zeg je. ja zeg ik. zal ik me
wijsmaken dat dat niet waar is?
het gaat niet over mij.
-
het waait nog steeds
(het spijt me).

donderdag 12 mei 2016

Hoe ik patsboem vanzelf een gedachterapport maakte.

Gedachterapporten zijn stom. Vinden veel cliënten. En ik ben van het erge soort wat dat volkomen snapt, omdat het ook gewoon vreselijk saai is om gebeurtenis, gevoel, gedachten, meest nare gedachte, bewijzen voor, bewijzen tegen en een alternatieve nieuwe gedachte op te schrijven. Behalve dat het saai kan zijn, kan het ook moeilijk zijn omdat je soms maar zo de verkeerde meest nare gedachte kiest en je vastloopt.
Vandaar dus dat mijn cursus handig was, want nu vind ik gedachterapporten leuk en kies ik steeds vaker in de gesprekken een handige en uitdaagbare gedachte. Toch heb ik nog steeds geen zin om ze zomaar zelf te maken als er eens een negatieve gedachte door mijn hoofd schiet.

Vandaag had ik daar ook geen zin in. Maar het was wel erg.

We hadden een biologisch eettentje gevonden in Rotterdam, mijn zus en ik. Op de menukaart (of beter: op de schoolbordwand) stonden in krijt allemaal fijne broodjes uitgeschreven. Ook iets met gegrilde paprika, wat ik goed vond klinken. Er stond wel iets met 'triple' bij, maar wist ik veel. Ik dacht dat het om de meest bestelde broodjes ging. Ofzoiets. Als je uit een dorp komt mag dat.
Dus we zaten buiten, mijn zus en ik, onderuitgezakt te kijken naar de mensen in het restaurant tegenover. Te wachten op de broodjes. Die al snel kwamen. We konden beter binnen gaan zitten, omdat het zo ontzettend aan het waaien was. Dus dat deden we.

Triple betekende dat het broodje drie verdiepingen had. Nu ben ik één van de weinige dorpelingen die dat weet. Het boordje was vegan en ik ontdekte voor het eerst dat vegan kaas superlekker is en voor de zoveelste keer dat gegrilde paprika een tip is en dat avocado stiekem ook heel, heel erg lekker is.

Maar dat gedachterapport dan?

Het broodje werd niet alleen met gezonde groenten geserveerd. Er zat ook soort van chips bij.
Je probeert zo goed en zo kwaad als dat gaat met vork en mes te eten en snijdt je broodje in partjes en elke keer dat je snijdt, schuift de chips wat op totdat het merendeel van de chips op de tafel ligt en niet meer op je bord. [Ik ken je lezer, je hoopt dat ik mijn drinken omgooi op andermans bord, dat ik door een onverhoedse beweging alle chips op de grond heb gegooid of dat ik iets anders catastrofaals heb gedaan]. Zo zat ik dus te eten. En te knoeien. En me ongelukkig te voelen voor een paar seconden omdat ik dacht wat de mensen er wel niet van zouden denken. (Ze komt uit een dorp?)

Toen dacht ik. Stel je nou eens voor.
Er zijn twee mensen.
De ene eet keurig netjes, verdeelt het brood in keurige vierkantjes van twee bij twee centimeter en eet ze daarna geruisloos op. Alle chips blijft keurig liggen waar het hoort: op je bord.
De ander eet zoals ik. Met chipsjes op tafel in plaats van op je bord. Knoeit nog eens een beetje met tomaat. Eet wél met vork en mes.
Wie zouden de mensen áárdiger vinden?

En toen maakte ik me niet zo druk meer.



vrijdag 6 mei 2016

Fragmentjes.

Vanmorgen voelde ik me een beetje verdrietig omdat de zon zo mooi scheen en ik dan altijd een soort van kloof ervaar tussen hoe ik mezelf voel en hoe ik mezelf moet voelen. Een kloof tussen mezelf en de mensen die dol zijn op zon en blaadjes aan de bomen. Niet dat ik daar niet van hou hoor, maar ik hou nu eenmaal juist van winter (echte winter, niet dat geregen en gewaai) wat de meeste mensen niet begrijpen. Maar ik hou wel van zomerjurkjes en lange zomeravonden en plantjes kweken. En ook wel van bloesem en zingende merels. Dus o ja de lente en de zomer zijn ook wel mooi. Maar ik was toch een beetje verdrietig.
-
Dan heb je eindelijk bedacht dat je leertherapie in een groep wilt volgen, gewoon omdat je groepen vreselijk ongemakkelijk vindt (echt) en je het liefst heel erg op de achtergrond houdt (geloof je dat?). Maar ook omdat groepen dús leerzaam zijn en omdat het schematherapie is, wat ik het allerallerinteressantst vind. Dat had ik dus bedacht. En ik vond een leuke groep. Maar nu blijkt de therapeut zo'n beetje een collega te zijn. Ik moet nog nadenken of dat slim is. Dus ik heb een mailtje gestuurd en stiekem vind ik dat soort dingen dus eng.
-
Mijn kat snurkt. Echt. Hard.
-
De laatste dagen realiseerde ik me weer hoe fijn boeken zijn. Vorige week kocht ik 'Alice in Wonderland' (zie instagramfoto's hiernaast) en las het boek in drie dagen uit. Nu lees ik maar weer in 'Brieven aan Doornroosje' van Toon Tellegen met prachten van zinnen.
-
Banen in de ggz zijn een ramp. Dus dat ik een halfjaarcontract heb gekregen is echt zo fijn. Samen met een collega (met ook een verlenging) heb ik dat gevierd. Brownie. Muffin. Thee. Goedheid.
-
Ik heb de zee gezien gisteren. Er zit nog steeds een beetje zee in mijn haar. En een beetje zon op mijn gezicht. En een pukkel, maar dat tussen haakjes.
-
Boterbloemen in de weilanden.
-
Ik haat Nederlandstalige muziek over het algemeen (van die deinende massa's en liedjes over vis en vrouwen, bwuh) - maar van muziek van Elly & Rikkert ben ik nu al een paar weken aan het genieten. Het klopt dat ze veel kinderliedjes hebben (ook leuk) maar heel veel andere liedjes zijn ook fijn. Een paar van mijn favorieten:
Sorry Heer (O ja, ik geloof in God  - maar ik vind de eerlijkheid en de durf om vragen te stellen uit hun pre-christelijke periode ook wel weer heel mooi. Ik geloof niet dat iedereen die in God gelooft altijd maar alleen maar mooi gevoel heeft en nooit twijfelt).
Icarus  (Ik was te lui om voor Grieks te kiezen, maar een mythe kun je ook op internet lezen. Als je te dicht bij de zon vliegt zullen je vleugels smelten).
Onder Dezelfde Maan (Nieuwste cd. Ik hou van taal).
Prinses (hoe contrastrijk kan het leven zijn, ik vind het een sterk liedje).
Rode Laarsjes (Kyrie Eleison ofwel 'Heer ontferm U').


maandag 25 april 2016

sterk

weet je nog hoe we ons voornamen dat we voortaan
sterk zouden zijn sterker dan rotsen dan de zee
die tegen de rotsen beukt
-
ik weet het nog zeg je en ik herinner me
hoe je liefde nodig had en daar zonder woorden
om vroeg omhels mij zei je maar ik was verlamd
omdat ik dacht dat als ik dat deed je zou lachen
en slaan en lachen. hoe heb ik zo stom kunnen zijn
-
in feite ben ik de enige die sterk moet zijn zo
is het toch
-
weet je nog hoe we ons dat voornamen en hoe
we het voornemen ten uitvoer hebben gebracht
maar in gedachten
-
o in gedachten.

zaterdag 23 april 2016

Je identiteit uit je werk halen.

Ik blog natuurlijk met regelmaat over mijn mooie werk. Mocht je me kennen, dan weet je dat ik er ook veel over praat, omdat ik nooit geweten heb dat je van werken zo gelukkig kon worden. En nou ja ontwikkelen enzo. Vanmorgen had ik even niets te doen en toen zat ik even tussen al mijn boeken te snuffelen (je hebt er nooit genoeg) en toen vond ik de beoordeling van mijn masterscriptie. Ik weet nog hoe doodeng ik het vond om daarmee te beginnen, omdat het betekende dat ik iets alleen moest gaan doen en dat ik daarop beoordeeld zou gaan worden. Niks wegkruipen. Niks verdoezelen. Uiteindelijk is dat allemaal goed afgelopen, maar het is stiekem wel maf hoe je in drie jaar tijd kunt veranderen. Ik bedoel. Nu moet ik veel alleen doen.

Soms twijfel ik wel. Niet over het werk wat ik doe. Maar wel of het okee is om daar zo van te genieten. Het is nu eenmaal een werkveld waarin we met veel te veel mensen om de schaarse arbeidsplekken heen zweven als wespen om een vuilnisbak (foute metafoor, want een arbeidsplek is heel wat toffer dan zo'n vies ding met een bananenschil er half uit). Hoewel het dan dus fijn is om daar nú in te mogen werken, weet ik helemaal niet of dat in de toekomst ook mogelijk blijft. En wie ben ik dan?

Toch is nadenken over ver weg in de tijd niet zinvol. Ik leer en geniet. Voor nu is dat genoeg.

vrijdag 22 april 2016

Vandaag is zo'n mooie dag.

Vandaag is zo'n mooie dag waarop de zon schijnt, de blaadjes enorm groen oplichten, de mus tussen de bloesem naar binnen kijkt en de kat - als ze niet sliep - zeker verlekkerd naar buiten zou kijken omdat het daar zo'n groot levend restaurant is.

Ik zit binnen. Misschien ga ik zo naar buiten, omdat ik vrij ben. Maar dan toch nadat ik eerst wat updates geef over afgelopen weken.

1. Ik was dus met die CGT-cursus (ja, cognitieve gedragstherapie) bezig en dat was toch nog bést veel werk. Véél leeswerk vooral. En nou ja, ook wel stress. Wat dacht je van een videopresentatie waarin je moet laten zien hoe JIJ met een cliënt te werk gaat en hoe je een interventie uitvoert? Precies. Dat vind ik even eng als jij. Toch gedaan en eigenlijk was het ook wel weer leerzaam, al heb ik me tijdens de presentatie doorlopend voorgehouden dat ik dat niet was, nee hoor, ik niet. Naast die presentatie moesten we een casusverslag schrijven, waar ik behoorlijk de kriebels van kreeg. En een tentamen. Zo'n na-de-universiteit-tentamen waarbij je 15 van de 20 vragen goed moet hebben voor een voldoende. Precies. Maar uiteindelijk is het toch allemaal gelukt en ik ben ook héél blij dat ik die cursus gedaan heb omdat het zo ontzettend leerzaam is. Ik wilde erover bloggen, maar ik verzand een beetje in theoretische termen als ik dat doe, wat het ook allemaal niet makkelijker maakt. Wat ik geleerd heb? Betere gedachterapporten maken (want als je dan toch een gedachte uit moet dagen, is het wel handig om te weten welke en hoe je dat doet), gedragsexperimenten opzetten (tot in detail), functie- & betekenisanalyses maken, waardoor je ziet wat probleemgedrag en problematische emoties zijn, waardoor je precies weet waar je behandeling op moet richten zonder alle kanten op te fladderen. Ik leerde dat de angstige verwachting bij paniek is dat er een lichamelijke of geestelijke calamiteit gebeurt bij lichamelijke sensaties.Bij sociale angst zijn mensen bang om afgewezen te worden. Nou. Dat. Dat is best fijn om te weten als je gaat behandelen.

2. Mijn werkervaringsplek loopt tot juli. Dus ik ging afgelopen weken al aan cliënten vertellen dat ik ga stoppen en vorige week stuurde ik mijn eerste sollicitatiebrief. Totdat er gisteren een verhaal kwam over toch wel mensen nodig en nu mag ik een half jaar langer blijven. In een normale baan ook nog, dus ja eigenlijk is het tijd voor taart.

3. Nu de CGT-cursus is afgerond, mag ik starten met een basistraining EMDR, of de basiscursus schematherapie of de vervolgcursus CGT. Er kan zoveel. Wat ik qua cursussen ga doen weet ik nog niet. Ik vind schematherapie heel tof, maar het lijkt me goed om de CGT eerst goed te beheersen. Tot die tijd lees ik wel in Yalom over de therapeutische relatie. O en ja, ik mag ook in leertherapie en hoewel ik het doodeng vind om zelf in therapie te gaan (zo'n andere rol weer en straks moet ik veranderen) heb ik besloten dat ik die stap wel wil zetten.

Dat is wel weer veel werkgerelateerds, maar dat is op dit moment ook waar mijn leven het meest uit bestaat :)

zaterdag 9 april 2016

Lenteplaatjes.

Zojuist bedacht ik me dat ik steevast elk jaar foto's post van de plantjes die ik heb gekocht en heb gezaaid. Dus bedacht ik me ook dat zoiets dit jaar natuurlijk niet mag ontbreken. Daarbij heb ik nog wat foto's gemaakt van bloemen uit de tuin én van wat andere lente-achtige dingen.

geheim voor de vogels, kruiden, citroentijm en zaaisel in een kopje.

andijvie, peul-, radijs-, & rozemarijnzaad, pepertjes (heet!) en koriander

de bloemetjes

de gesnoeide lavendel (twee dagen rugpijn)

het lentejurkje en de mooie kaarten

voor als 'het betoverde woud' vol is.

donderdag 7 april 2016

patronen, kuilen, cirkels.

we doen steeds hetzelfde. kijken terug naar hoe we het hetzelfde deden. twijfelen waarom we dat deden en doen het opnieuw en opnieuw. we huilen want waarom doen we dat toch maar opnieuw vallen we in de kuil die we voor onszelf gegraven hebben. of onze ouders (hebben zij gegraven?) voor ons of onze grootouders. hebben ze de regels (jij kunt niet zonder het patroon) bedacht en zullen we eeuwig in de cirkel blijven rondjes rennen.

of deden we het dan toch zelf?
of hebben de vrienden de mensen om ons heen de boeken die we lazen gezorgd dat we als honden onze staart achternazitten?
of de staarten van de anderen die in ieder geval dan toch rondjes voor ons uit blijven rennen. dezelfde boomstronk zijn we al zo vaak tegengekomen en er ontstaan geulen van het telkens telkens ons eigen spoor volgen.
of heeft de angst het gedaan. de angst? ja. laten we de angst de schuld geven. de angst heeft het altijd gedaan. arme angst.

jaren geleden deed ik wat ik deed (en jij) en jaren later weer (jij ook) en hoewel ik nog steeds geloof dat mensen die in tegengestelde richtingen heel ver uit elkaar lopen elkaar vanzelf weer ontmoeten omdat de aarde nu eenmaal rond is geloof ik dat niet altijd - want cirkels en onmogelijkheden.

en altijd neem ik me weer voor nu niet meer en dan denk ik waarom ik en jij denkt misschien hetzelfde en dus gaan we weer verder. maar ik kan nog steeds geen gedachten lezen en jij ook niet. dus volgens de regels van de cirkel zul je weer vragen wat ik denk en zal ik niet willen antwoorden en zul je het dan kwaadschiks proberen en zal ik me weer voornemen want wat je niet hebt kun je niet kwijtraken je wilt het risico dan toch ook maar nooit meer lopen maar het leven is toch mooier. ik dacht dat ik eindelijk sterk was. maar nooit sterk genoeg.

over de patronen van alle andere mensen kan ik alleen gissen.
de cirkels. de kuilen.
wie of wat ze dan ook gegraven heeft.
val er niet in.

donderdag 31 maart 2016

Bang voor mensen.

Als je dan toch bang bent voor de mensen..

Wat maakt dan dat je als met een helikopter boven jezelf zweeft om zorgvuldig in kaart te brengen (als kaartenmakers een landschap) wat er allemaal niet klopt? Woorden die je zegt die je niet zou  moeten zeggen en de manier waarop je kijkt en je houding wat toch te verschrikkelijk voor woorden is, ook al is er niemand aan doodgegaan en heb je niets kapot gemaakt.

Wat is er ooit gebeurd dat je denkt dat iedereen denkt dat wat je zegt een beetje grote onzin is of op zijn minst een warrig verhaal? Wat maakt dat je dat zo erg vindt - want begrijp je de onzin van de anderen zelf dan wel?

Wat is er gebeurd dat als iemand nee zegt omdat iets niet kan of te groot is of gewoon te pijnlijk en jij daaropvolgend meteen denkt dat nee niet alleen betekent dat iets niet gebeurt (misschien iets wat je grootste wens was) maar dat nee ook betekent dat jij als persoon niet de moeite waard bent? Wie heeft die link in je hoofd gelegd? Het pad gebaand?

Wie heeft ervoor gezorgd dat in jouw voorspellingen ontmoetingen met mensen tot afwijzing leiden en die afwijzing meestal weer betekent dat je niet de moeite waard bent waardoor je zo verdrietig en zo bang wordt?

Wat? En wie?
-
(Ik had vandaag cursus over sociale fobie, vandaar. En ik was de pineut met de casus over de vrachtwagen en mijn assertiviteitsprobleem).

woensdag 30 maart 2016

In woorden gevangen.

het gevaar van gevoel in woorden vangen
is dat het gevangen blijft als een mus
in een oude kooi
-
kijk dan hoe mooi zeg ik en de anderen
zeggen ach kijk ja ontroerend vooral ook
hoe hij voorzichtig probeert te vliegen
zonder de tere vleugeltjes kapot te maken
-
maar daar is geen voorzichtigheid meer bij
weet ik want de mus wil alleen maar vrij
van boom tot boom tot boom zonder
spijlen en ruimtegebrek heel ver kunnen vliegen
-
29 december 2015, gepost op thatpoetwantstofly.blogspot.com

donderdag 24 maart 2016

Struikelen.

Ik ga liedjes over struikelen luisteren.
Gewoon omdat struikelen niet mag - en toegeven dat je dat doet al helemaal niet.
-
Wat wel mag is het volgende. Ontdekken dat je het er niet zo goed vanaf brengt als je zou moeten. Dat je dat nooit zult doen en dat dit Verschrikkelijk Erg is. Dat mag wel. Je mag (nee moet) dat zo erg voelen dat je over de grond kruipt (ja echt). Niemand vertelt je hoe je dat zo erg kunt voelen want dat kan ook niet maar het moet wel. Waag het eens te ontkennen. Het moet.

En als je dan zegt dat het allemaal toch wel lang duurt en dat je rug pijn doet en je maar het liefst wilt slapen of een tekening wilt maken, gewoon omdat je niet van stilzitten houdt en je Gevoel wel wilt respecteren - maar je niet gelooft in Afgedwongen Gevoel. Als je dat dan zegt dan is dat Heel Erg. Een bedroevend teken dat je het noodzakelijke Gevoel nog niet hebt gevoeld. Dan fronsen de mensen op weg om nog meer Gevoel na te jagen.
-
De mensen die geloven in gevoel wat moet.

Jij die niet gelooft in gevoel wat moet (of misschien wil je dat ook maar gewoon niet).

De mensen die gevoel wat moet hebben gehad en misschien wel nog steeds hebben en de mensen die neerzijgen en zeggen wat de mensen met gevoel zeggen is waar. 

En jij die bang bent omdat je diep in je hart twijfelt (soms wat meer aan de oppervlakte) want als je vraagtekens bij het verplichte najagen van gevoel plaatst dan mag dat niet en zou je geplet kunnen worden als de irritante mug op het behang in iemands slaapkamer in de zomer.

Jij die verdrietig wordt omdat de mensen zoveel gevoel najagen terwijl achter hen iemand fluistert dat ze welkom zijn.

zaterdag 19 maart 2016

Straks.

Alle angsten zijn voorspellingen die beginnen met als en dan, straks en wat je niet kunt verdragen als dat ooit gebeurt. Natuurlijk gebeurt dat. Fluistert de angst. En in gedachten word je gebeten, val je flauw en lachen de mensen omdat ze je zo'n raar stom wezen vinden.
En daar sta je dan en je denkt dat straks (zo raar en stom gevonden worden) niet mag gebeuren en dus ga je in de menigte op.
Het regent, de mensen steken hun paraplu op - jij doet hetzelfde want straks vinden ze het raar dat je nat staat te regenen.
De groep, de mensen praten en zeggen wie ze zijn en waarom - en jij kijkt wat de mensen doen (jij, jij observeert zo goed, zeggen ze) en soms denk je wat je wel zeggen kunt maar laat je dat nou toch maar niet doen want straks. Straks. Straks.
Je ontmoet de liefde van je leven (althans, dat denk je) en draait behoedzaam rondjes om hem heen en zegt niet dat hij niet te dichtbij moet komen maar dat raadt en respecteert hij terwijl jij woedend bent vanwege de afstand die natuurlijk niet jouw schuld is maar dan toch wel in ieder geval voor de helft.
Straks laat hij je alleen (en vanzelfsprekend doet hij dat). Want alle angsten zijn voorspellingen die beginnen met als en dan en straks en wat je niet kunt verdragen dat er gebeurt.

Maar wat, zegt iemand tegen je, wat als je zo opgaat in de mensen omdat je zo bang bent voor hun Mening - hun grote niet te Ontkomen Mening
En de mensen hebben Helemaal Geen Mening Meer?
Je knikt omdat je het daar natuurlijk wel mee eens bent - beter Goede en Slechte Meningen dan Geen Mening.

Maar dan jaren later loop je daar in de massa met je paraplu en zie je dat de mensen je helemaal niet zien.
Je kunt doen wat je wilt. Roepen dat je liefde wilt - bloemenweiden, zingende vogels. Je kunt gedichten schrijven en posten op facebook over je ontmoeting met een roodborstje in het bos en het lied wat hij zong - en dat je niet weet waarom.
De mensen - of je nu van ze houdt of helemaal niet - halen hun schouders op.

Straks weten ze niet wie je bent.
Straks is straks nu.

Hoe ik door de mand viel.

Natuurlijk heb ik allang geschreven over de CGT-cursus die ik volg. Waarschijnlijk heb ik ook wel opgeschreven dat zo'n cursus volgen echt heel leuk is, omdat je er best wel heel veel leert, wat weer heel handig is in de praktijk.

Nu is het zo dat iedere week iemand een casuspresentatie houdt. Mét videofragment. En ja, ik moet nog en stiekem vind ik het best wel eng. Bah. Je eigen behandelgesprek laten zien is niet echt heel cool vind ik. Het voelt een beetje als exposure.

Afgelopen week liet iemand een fragment zien van interoceptieve exposure. Wazzdatte? Hilarisch vind ik dat, om tegen cliënten te zeggen dat we interoceptieve exposure gaan doen. Want niemand begrijpt er iets van en ik deed dat zelf ook niet voordat ik het behandelprotocollenboek eens goed had doorgenomen. Interoceptieve exposure is de eerste stap in het paniekprotocol, waarbij mensen lichamelijke sensaties moeten oproepen en moeten kijken wat er dan gebeurt. Dus expres anderhalve minuut snel ademhalen en kijken of je dan flauwvalt. Met je ogen open dertig seconden op een bureaustoel draaien. Door een rietje ademen. Het idee is dat cliënten dat soort oefeningen elke dag thuis doen.

Maar je moet dit als behandelaar dus wél eerst samen met de cliënt doen. Het voordoen. Laten zien dat je echt niet doodgaat van even expres hyperventileren. Dat kwam dus ook naar voren in het filmpje. Ik dacht, ik geef feedback op dat filmpje (daar hou ik nooit zo van, ik blijf het liefst een beetje op de achtergrond) en zeg dat ik het stoer vind dat iemand dit laat zien. Dat vind ik ook. Omdat je als behandelaar ook echt wel draaierig wordt als je gaat staan hyperventileren. Toen ik de bureaustoeloefening deed zwalkte ik als een dronkaard terug naar mijn stoel waarop de cliënte een beetje begon te twijfelen of ze nog wel wilde. Dat. Voor mijn idee heb je dat soort dingen niet helemaal in de hand en ik kies dan zelf liever iets 'veiligers' om op film te laten zien. Iets waarbij ik in ieder geval niet veel te duizelig op mijn stoel beland.

De docent zei dat hij zich een beetje verbaasde over mijn feedback.
Want dat maakte dan dus wel duidelijk dat ik die oefeningen zelf ook niet zo heel leuk vind en ze ook niet met genoeg vertrouwen doe.
Dat klopt dus.
Ik ben niet zozeer bang om iets te krijgen van die oefeningen, maar wel om af te gaan waar mensen bij zijn. Of om even uit de therapeutenrol te vallen. Wat dus best goed mogelijk is bij deze oefeningen. Die wel heel zinvol en leerzaam zijn. En die ik nu dus zelf ook maar moet gaan doen om ze een volgende keer met wat meer vertrouwen te kunnen aanbieden.

donderdag 10 maart 2016

Vrachtwagenhaat.

Ken je dat gevoel als je in de zomer op een terrasje een ice tea zit te drinken en wat verdwaalde zonnestralen een beetje over je gezicht dansen - en je vervolgens iets ziet waar je niet blij van wordt? Iets wat het op je ice tea heeft voorzien en wat in te snel tempo te dichtbij komt omdat het nog kan vliegen ook. Het maakt dan niet meer uit of je ice tea lekker is en of de zon niet alleen je hoofd maar ook je hart verwarmt. De rest van de zonnige middag zul je heen en weer rennen of telkens je ogen sluiten terwijl iets anders om je heen danst. Wespen. Hatelijk.

Datzelfde gevoel heb ik als ik lekker aan het doorrijden ben op de snelweg (als er tenminste geen bumperklever achter me rijdt die het onzin vindt dat ik 120 blijf rijden omdat ik 130 slecht vind voor het milieu wat natuurlijk wel hypocriet is want waarom pak ik de trein niet). Als ik lekker aan het doorrijden ben dus en er een treintje van vrachtwagens opdoemt. Vrachtwagens. Of als ik lekker aan het rijden ben en een vrachtwagen vindt dat hij een andere vrachtwagen in moet halen, of als een vrachtwagen achter me rijdt in de file en denkt dat hij dat kleine rotbakkie iets moet aanduwen of wat zo'n man ook maar mag denken als hij al denkt (maar dat is discriminatie) waardoor ik in mijn spiegel weinig anders meer zie dan cabine en verder niets. Of als je een afrit moet nemen en denkt verhip een vrachtwagen laat ik die maar niet meer inhalen want dat lukt niet meer en ik moet er zo toch vanaf (in de veronderstelling dat die vrachtwagen niet op hetzelfde idee komt, wat deze vanzelfsprekend wél doet).

Wat ik nog meer haat aan vrachtwagens is het idee dat een vrachtwagen schijnbaar warm moet draaien voordat hij wegrijdt. Je moet weten: vrachtwagens rijden doorgaans niet op een normaal tijdstip weg, wat betekent dat ze ook niet op een normaal tijdstip warmdraaien. Dat is allemaal tot daaraan toe (behalve dan als alle vrachtwagens in Nederland, wereldwijd, elke dag voordat ze vertrekken een kwartier staan te ronken, dan is dat natuurlijk óók alweer niet goed voor het milieu - mijn moeder vindt me een geitenwollensokkenkind als ik dat hardop zeg). Dat is dus tot daaraan toe totdat je nieuwe buren krijgt en je buurman is juist vrachtwagenchauffeur. Eén van het soort die de auto altijd stationair laat draaien voor hij vertrekt, onder je slaapkamerraam (goed wel een paar meter daarvandaan, maar overdrijven is een vak). Om vijf uur of half zes 's ochtends.

En ik vind dan weer dat je op z'n minst eerst met een bloemetje bij de buren op visite moet voordat je gaat vragen of de buurman zijn vrachtwagen niet meer stationair wil laten draaien of dat hij het ding vér naar achteren verhuist. Sociaal wenselijke, subassertieve ik.

Snap je nu dat ik niet met een vrachtwagenchauffeur wil trouwen?
(Buiten al dit gediscrimineer heb ik wel ontdekt dat er aardige vrachtwagenchauffeurs zijn. Dat dan weer wel).


woensdag 9 maart 2016

Goed gevoel najagen.

Vanmorgen reed ik in de auto naar mijn werk en zoals zo vaak was ik aan het nadenken. O ja, de mensen haten mij in de auto, want ik rijd zestig waar ik zestig mag en iedereen mag harder dus de één bumperkleeft nog harder dan de ander dan degene die me dan ook maar gewoon inhaalt.
Ik haat die mensen ook, bijna net zo erg als vrachtwagens, dus we staan quitte. Soms heb ik alleen geen zin om te haten en ga ik dus wat nadenken. Muziek aan. Op naar mooie en moeilijke gesprekken en pijn en groei.

Toen dacht ik wat doe ik eigenlijk wat niet als doel heeft om een goed gevoel te krijgen? Draait uiteindelijk niet alles ja alles echt alles om het krijgen van een goed gevoel?

Als je machtig depressief bent wil je beter worden omdat je uit dat dal van Groot Verdrietig Gevoel wilt ontsnappen. Als je heel erg verliefd bent (ik vind het nog steeds op verkouden lijken, sorry) dan wil je bij de begeerde ander zijn omdat dat zo'n goed gevoel geeft. Als je een baan zoekt dan wil je dat misschien omdat je ervan kunt groeien wat een goed gevoel geeft of omdat je geld kunt verdienen wat een goed gevoel kan geven of om dat geld weer uit te geven wat ook al een goed gevoel kan geven. Ik twijfel bij eten en drinken. In negen van de tien gevallen zullen we eten en drinken om een goed gevoel te hebben (het stoppen van honger en dorst en de voldoening die dat geeft). Soms zal iemand alleen eten en drinken om in leven te blijven, maar is goed gevoel (desnoods ooit, over een jaar of honderd) dan niet de reden om te eten en drinken? Is goed gevoel niet datgene wat je influistert dat je moet zorgen voor de ander (of dat nou goed gevoel is over jezelf of goed gevoel omdat het beter gaat met de ander).

Het is dus niet dat ik goed gevoel wegzet als iets negatiefs. Goed gevoel kan ook echt Goed Gevoel zijn, wat betekent dat het niet alleen fijn voelt, maar ook goed is om te voelen. Maar het maakt me wel nieuwsgierig of mensen andere drijfveren hebben dan dat.


donderdag 3 maart 2016

Bang zijn.

Er zijn zoveel dingen waar ik bang voor ben.

Dat de mensen me niet leuk vinden, dat mensen besluiten dat ze niet meer in mijn leven willen zijn (ik durf geen namen op een verjaardagskalender te zetten), pissebedden, controleverlies en onvoorbereid aan een taak beginnen.

Er is altijd meer om bang voor te zijn.

Want - in metaforen gesproken - als ik aarde zou zijn en iemand zou graven, diep graven, om te achterhalen wie ik ben en waarom ik ben wie ik ben en misschien ook wel waarom ik niet ben wie ik zou kunnen zijn - stel nou dat diegene al na twee keer scheppen op steen zou stuiten omdat ik simpelweg niet zo diep af kan dalen als de ander. Omdat mijn begripsvermogen niet toereikend is, of omdat ik gewoon een oppervlakkig persoon ben. De ander zal teleurgesteld (of misschien zelfs achteloos) de schop opzij gooien.

Of wat als ik aarde zou zijn en je best een beetje kunt graven - maar er vervolgens geen bloemen of bomen of kruiden of struiken willen groeien? Als ik alle adviezen achteloos in de wind sla en niet doe wat het beste is voor anderen en mezelf. Wat. Dan.





zaterdag 13 februari 2016

Begrijpen.

Natuurlijk komen er op een dag antwoorden.
Op een dag begrijp ik vast wel waarom ik doe wat ik doe en niet alleen wat ik doe.

Dan begrijp ik waarom je wegrent en waarom ik niet gewoon de andere kant opga - maar altijd meen achter je aan te moeten rennen, wat natuurlijk geen zin heeft, want als jij een luipaard bent, dan ben ik de slak. En telkens als ik roep hoor je mij dan ren je alleen maar harder. Dat slakkengedoe heeft toch helemaal geen zin. Dat weet ik ook wel.

Dan begrijp ik waarom illusies zolang beter hebben gevoeld dan de waarheid - terwijl iedereen weet dat je met illusies altijd van een koude (waterkoude) kermis thuiskomt. Dan begrijp ik waarom ik me niet met die waarheid heb laten doorweken als met heel veel regen of een koude rivier. Dan begrijp ik waarom ik dacht dat elke vorm van toekomst afhing van een beslissing die je toch niet wilde nemen.

Dan begrijp ik de last van dit alles voor jou. De last van de woorden en de last van de pijn die ik dan wel kan voelen, maar die prima binnen in mij kan blijven. Daar hoeft de wereld (daar hoef jij) geen deelgenoot van te worden.

Dan begrijp ik waarom je de woorden die ik schrijf of zeg wel leest of hoort (of niet) maar er in je antwoorden geen woord aan vuilmaakt. Dat je de helft beantwoordt en de andere helft laat voor wat het is. Dan begrijp ik waarom ik twijfel - of je de helft niet hebt gezien of gehoord of dat je het wel zag of hoorde, maar er niets mee wilde doen.

Dan begrijp ik waarom je het volmaakte najaagt en waarom het pijn doet dat ik nooit voldoe aan die standaard. Misschien ontdek ik dan wel dat het helemaal niets met mij te maken heeft. Dat is waarschijnlijk een feit. Ik begrijp waarschijnlijk ook dat ik niet half zo belangrijk ben als ik wil zijn en dat jouw idealen er al waren, ver voordat ik er was. En dat alle anderen er ook niet aan konden voldoen.

Ik begrijp dan hoe het voor jou voelt dat jij niet aan de idealen kunt voldoen van degenen die jij beschouwt als volmaakt. Waar ik jou achtervolg, ren jij weer achter iemand anders aan die achter iemand anders aanrent. Zo is het leven. Toch?

Ik begrijp dan dat ik zoveel meer uren heb gevuld met denken aan je en zogenaamde conversaties met de jou in mijn hoofd die wel zegt wat ik wil dan jij ooit aan mij hebt gedacht. Ik begrijp dan waarom ik dat deed en waarom jij niet (en misschien was die reden wel niet zo groot als ik zou willen dat die reden was).

Ik begrijp dan dat je wilt dat ik verder ga met leven (maak je geen zorgen ik leef echt wel) en dat we gewoon met elkaar praten op een avond in de zomer zonder dat ik wil dat het voor altijd is en zonder dat ik wil dat je bij me hoort. Maar niets is voor altijd.
Behalve de liefde - omdat die gewoon bestaat en ook blijft bestaan als de mensen die hebben liefgehad er niet meer zijn omdat er dan weer nieuwe mensen zijn die van elkaar houden.

Ik begrijp het kom maar hier en het ga maar weg
Ik begrijp het
Kom maar
Hier
Ik begrijp
Het

Maar nu nog niet.

Wat gedachten over therapie.

Gisteren stuurde ik een mail aan iemand (ja, ik was ziek, dus ik had tijd om te mailen, eindelijk) die wel benieuwd was naar de cursus die ik volg. Toen ik die mail ging beantwoorden, werd dat een veel te uitgebreid verhaal, waarbij ik me bedacht dat ik het vooral ook moet bloggen. Gewoon. Omdat ik er blij van word én het heel interessant is.

Op het moment volg ik elke donderdag cursus. (En nu werk ik dus op maandag, woensdag en vrijdag als psycholoog en op dinsdag in de administratie - wat stiekem best pittig is, even). Goed. Cursus. Cursus is leuk. Het gaat over cognitieve gedragstherapie en iedereen die ooit bij een psycholoog is geweest is er waarschijnlijk mee doodgegooid. Ik ook. Ooit. En wat haatte ik die gedachteschema's. Ik was ik. Waarom zou je mij tot zo'n stom schema reduceren? Goed. Dat was vroeger. Op de universiteit kregen we al een eerste beginnetje van cognitieve gedragstherapie. Oefenen met gesprekken in de kelder van de Douwe Egberts met speculaaskoffie omdat het bijna Sinterklaas was. O ja, herinneringen. Een zelfbeeldoefening in de werkgroep, waarbij je allemaal op zes briefjes drie stomme, twee neutrale en één positieve eigenschap van jezelf op mocht schrijven en de docente ons vervolgens stappen voor- en achteruit liet zetten aan de hand van de briefjes die ze uitdeelde. De moraal? Bij een negatief zelfbeeld komen er veel te veel negatieve briefjes, je komt niet zo ver vooruit als je zou willen. Dat was waar ik aan dacht bij cognitieve gedragstherapie.

Maar toen kreeg ik een werkervaringsplek en cliënten die ik maar eens cognitieve gedragstherapie moest gaan geven. Ik had boekenkennis en een beetje ervaring van de universiteit. En dus begon ik met de cursus. Met het idee dat al die gedachteschema's toch niet zo ingewikkeld konden zijn. Nou, dat viel tegen. Dat waren ze wel. Dat zijn ze. Ik bedoel, dat ontdek je als je voor je whiteboard een voorraad gedachten met iemand hebt opgeschreven en je moet er één uitkiezen om uit te dagen en als je dan besluit: die, die neem ik, dan slaat de twijfel toe. Want ga je argumenten vóór en argumenten tegen verzinnen (wat het meest gangbaar is, geloof ik) of ga je kijken naar de voor- en nadelen van de gedachte of zoek je weer een andere uitdaagstrategie? Nou? Nee. Het is niet per se makkelijk.

Het is wel grappig hoe men, bij de cursus, heel hard pleit voor cognitieve gedragstherapie (vanaf nu CGT) en dat het zo effectief is en bladiebla. Dat is natuurlijk wel waar - maar je moet het om te beginnen wel goed uitvoeren. Dus niet klooien met gedachterapporten en goede gedachten toetsen met gedragsexperimenten. Daarnaast: je kunt wel exposure (dus blootstelling) toepassen, maar als je op het verkeerde mikt, schiet je daar niet zo mee op. De docent noemde een voorbeeld van mensen met een tandartsfobie die een boor te horen kregen. Gewoon. Alleen dat. Maar als ze die boor associëren met pijn en hem alleen maar horen, dan leren ze niet dat een boor niet automatisch pijn betekent. Het lijkt mij bijvoorbeeld ook dat je kunt voorspellen dat je angstig wordt als je een bepaalde activiteit onderneemt - maar dat op zich.. volgens mij is de kans dat de voorspelling uitkomt wel aanwezig. Al is het waarschijnlijk niet de 100% kans die je zelf bedenkt. Het gaat er dan - denk ik - meer om wat dan de gevolgen van angst kunnen zijn en waarom die zo erg zijn. Dat soort dingen. Want de gedachte 'als ik naar de supermarkt ga, word ik angstig' kan wel uitkomen, maar de gedachte 'als ik angstig word, vinden mensen mij raar' is waarschijnlijk veel minder waar. Goed, je moet het dus goed uitvoeren en zorgen dat je de juiste aangrijpingspunten hebt. Maar ik kan me ook voorstellen dat de gewone CGT niet voor iedereen voldoende werkt. Soms is iets als schematherapie (persoonlijkheidsproblematiek) of EMDR (trauma) iets wat beter past bij een probleem. De echte CGT-therapeuten zeggen dan: Dat is óók CGT. Dus ja. Het is maar hoe je het brengt. Ik denk zelf vooral dat er CGT-elementen inzitten, naast elementen uit andere stromingen.

Wat gedachten dus. Ik zal binnenkort nog eens verder bloggen over hoe je precies kunt ontdekken waarop je een behandeling moet richten.



woensdag 13 januari 2016

Strong enough.

Mooie liedjes blog ik, zodat ik ze makkelijk terug kan vinden. Bij deze. (Heel mooi liedje zelfs).


woensdag 6 januari 2016

Literatuur.

Gisteren las ik een roman die toch echt wel goed geschreven was. Vroeger, toen literatuur lezen nog verplicht was, voelde ik een aversie daartegen. Al was het alleen maar omdat de docent Nederlands ons bang maakte voor het mondeling ('ik slacht jullie af als ik ontdek dat je een boek niet gelezen hebt') waarvoor we twaalf boeken (zo was dat toen nog) moesten lezen uit allerhande tijdperken. Overeenkomst: het was Nederlandse literatuur. Ik vond literatuur dus helemaal niet fijn. Omdat het moest en omdat ik het associeerde met dat mondeling. Met een stukje oxazepam heb ik de nacht ervoor trouwens toch nog wel wát geslapen en uiteindelijk viel het allemaal wel mee. Dit ter illustratie van wat mijn herinneringen aan literatuur zijn.

Inmiddels zijn we wat jaren verder (Bijna acht. Het lijkt gisteren). Inmiddels lees ik wel literatuur en kan ik dat ook best waarderen. Ik vind het bijvoorbeeld echt wel tof hoe een personage onder je huid kan kruipen en hoe je al snel aan kunt voelen dat er iets gaat gebeuren, maar o, die stomme spanning die zich tot aan het laatst opbouwt. De soms onrealistische taferelen - die als in een droom als wel realistisch worden gepresenteerd.

Totdat je dat gevoel dus ook krijgt. Er staat iets te gebeuren en het is niet veel goeds.
Totdat je weet dat er een kat in het verhaal zit. Gisteravond dacht ik: als dat niet veel goede dan toch alsjeblieft maar niet over die kat gaat. Alsjeblieft.

Maar het ging daar natuurlijk wel over. Op de laatste pagina.
Ik had nét geen oxazepam nodig om zonder nachtmerries over katten te slapen.

dinsdag 5 januari 2016

Metafoor II.

Ik voel me als het kleine meisje op moederdag. Ze heeft een bos bloemen achter haar rug en denkt dat mama het niet ziet. "Niet kijken, mama" zegt ze. "Het is een verrassing".

Wat ik achter mijn rug heb is geen verrassing. Het zou een kat in de zak kunnen zijn. Ik hou van katten. Zoals je weet. Jij misschien niet. Of niet zoveel. Ik doe mijn best het niet te laten zien, maar je weet hoe dat gaat met katten. Soms zijn ze het ineens niet met de gang van zaken eens en dat zullen ze laten merken. Als je probeert te kijken naar datgene wat ik achter mijn rug heb (omdat je heus wel weet dat ik probeer iets niet te laten zien) dan draai ik me om, misschien zelfs meer dan eens totdat het een rare dans van toenaderen en ontsnappen wordt. "Kijk eens naar de lucht," zeg ik. "Er komen ganzen in V-vorm voorbij". Ik kan niet wijzen. Daarvoor zijn mijn handen te vol.

Wat achterdochtig kijk je me aan. Je zou gek zijn om naar denkbeeldige ganzen te gaan staren. Zelfs als ze echt waren dan komen er morgen weer nieuwe voorbij, op weg naar het Zuiden.
Je weet ook wel dat ik iets achter mijn rug verborgen houd.
Net als ik dat weet.
Laten we doen alsof we dat niet weten.
Net als de mama van het meisje.

maandag 4 januari 2016

Het betoverde woud, deel 3

Het is vakantie. Eindelijk. Ook maar een week, maar met nog een week in februari in het vooruitzicht. En in die week? Het is definitief: we gaan naar IJsland. Ik ben benieuwd of dat land mijn hart gaat stelen.

Voor nu dan maar een vakantiebezigheid. Deel 3 van de kleurplaten uit 'het betoverde woud'.






donderdag 31 december 2015

Het oudejaarsavondgevoel.

Ik hou niet van oudejaarsavond. [Vul hier allerhande weemoedige gedachten en gezeur over vuurwerk in].

Vroeger hield ik er wel van. We kwamen met zijn allen bij elkaar en ik telde van tevoren de dagen af en op de dag zelf de uren. Oliebollen waren te eten en appelflappen waren te lekker. We telden af totdat het twaalf uur was en wanneer het zover was, renden we naar buiten. (Was je niet bang voor het vuurwerk? Jawel).
--
2015. Het jaar van:
dan toch eindelijk afstuderen * mijn master-diploma psychologie halen én de basisaantekening psychodiagnostiek * kleine baantjes * een werkervaringsplek als psycholoog * heel veel ontwikkeling * iets kunnen betekenen voor anderen * leren, leren, leren * meer zelfvertrouwen * nieuwe mensen * mensen uitzwaaien en terug verwelkomen * missen * leren dat kleuren heel fijn is * dromen over ijsland * illusies * vriendschappen * familie * boeken (zoals het romantisch misverstand) * het doolhof van loodgieteronderdelen (die ze gebruiken dan hè) * vrachtwagens haten * christelijke finse metal fijn vinden * armeens eten * voor het eerst whatsappen * een feestje bij een vuurtje * het betoverde woud * huilende mensen in therapie * een andere auto * gevoel devalueren * paprika's & pepers kweken * cursus * cgt *IQ-testen * kattencafé * borrels met collega's * vintage kleding * aantrekken wat ik leuk vind en niet per se wat anderen mooi vinden * weinig bloggen (ja) * wespen * in m'n eentje in het bos wandelen in februari en griezelen toen ik hoefafdrukken zag * Zee, zus, gesnurk * kerstdiners * fout parkeren * koken * concerten * psychiatrie en creatieve therapie * kat met bètablokkers * boterbloemen * onhandigheid * gedichtjes schrijven * in de tuin werken * brieven & kaarten * thee drinken * vroeg opstaan haten * oude spullen van vroeger in maar zes dozen organiseren omdat weggooien zo moeilijk is (hoarder!! Ja.) * kattenknuffels * lachen tot je erbij neervalt * nadenken * een hert in het donker * twee vallende sterren * kerstmuziek.

woensdag 30 december 2015

IQ-onderzoek.

Ik heb de WAIS inmiddels zo vaak afgenomen dat ik die stomme IQ-test kan dromen. De verslaglegging ervan ook. "Meneer X. heeft een benedengemiddelde tot zwakbegaafde (score A tot score B bij een waarschijnlijkheidsinterval van 95%) op de index perceptueel redeneren wat betekent dat hij visuele stimuli goed begrijpt en in staat is deze te integreren tot een geheel"*. Klein beetje vrije invulling omdat ik nog niet zó vaak de verslaglegging heb gedaan om de precieze betekenis van al die indexen te weten.

Eigenlijk is dit natuurlijk ontzettend niet-interessant. Getalletjes en IQ-testen, brrt.

Wat ik er zelf wel heel leuk aan vind, is dat intelligentie zoveel meer is dan 'snel of goed kunnen leren'. Zoals men dat hier soms vragend zegt: "Als je universiteit hebt gedaan dan kon je zeker wel goed leren?"

Nou, niet per se.

Ik bedoel, leren vond ik niet moeilijk als het ging om betekenissen van woorden of de kern van een stuk tekst. Het was goed te doen als het ging om wat we kunnen leren van het verleden en als het ging om de denkprocessen van anderen dan was leren echt niet ingewikkeld. Leren was (en is) leuk als het gaat om het waarom van gedrag en het hoe van het denken. Als het gaat om leren zien en voelen wat mensen wat je doen en wat dat betekent.

Leren vond ik daarentegen dramatisch als het ging om a-kwadraten, tangens, sinus en cosinus. Ik vond leren een natuurramp als het ging om elektriciteit en hoe het licht gebroken wordt. Als leren ging over t-toetsen en de normaalverdeling. Dan was leren ineens niet grappig meer en al helemaal geen eitje. Dan spreek ik nog niet over leren hoe een aardappel te schillen of een beetje ruimtelijk inzicht te laten zien.

Intelligentie is dus echt heel veel meer. Dat zie ik ook in de onderzoeken die ik doe. Sommige mensen zijn verbaal zwak, maar hebben een ruimtelijk inzicht waar ik alleen maar naar kan smachten. Anderen onthouden acht getallen achter elkaar, naar voren, naar achteren en door elkaar.
Sommigen weten in drie seconden het moeilijke antwoord op een verhaaltjessom. Anderen wéten gewoon heel veel. Leren zien wat je goed kunt en wat niet en dat accepteren - dat is misschien wel de belangrijkste vorm van leren. Voor mij in ieder geval.

-
* Ja, ik zat te slapen. Bij een benedengemiddelde tot zwakbegaafde score ben je daar over 't algemeen niet zo heel erg goed in.

donderdag 24 december 2015

Geraakt worden in therapie.

Vandaag werd ik zo geraakt door een bericht van een cliënt dat ik bijna moest huilen. Ik kan er natuurlijk niet veel over zeggen - maar het idee van bijdragen aan een proces en zien hoe iemand tot inzichten komt - die soms echt wel pijn doen. En niet alleen dat, maar dat iemand je mailt om stappen in dat proces met je te delen. Ja. Daarvan moet ik soms bijna huilen.


zaterdag 19 december 2015

Het betoverde woud - deel II

Bijna een maand geleden postte ik wat foto's uit mijn mooie kleurboek. (Of je het ingekleurd mooi vindt, mag je helemaal zelf weten, maar de kleurplaten op zich zijn wel echt mooi. Vind ik). Hierbij dan dus deel 2.









woensdag 16 december 2015

Metafoor.

Natuurlijk geloof ik niet echt dat gevoel niets waard is. Het is alleen veel makkelijker om gevoel te hebben en het weg te zetten als vies afval wat naar rotte vis stinkt en waar de katten op af komen dan om gevoel te hebben en het voor te stellen als een groene wei onder een lentezon - met af en toe wat dansende witte wolkjes in de lucht, bloemen en klaterend water. Niet alleen het voor te stellen als dat, maar om vervolgens te zien hoe bulldozers aan komen gereden om je landschap van gevoel omver te razen en er een industrieterrein met kolencentrales neer te zetten.

Soms komt een bulldozer in de vorm van iemand die mooier is dan ik. Veel mooier. Veel diepzinniger ook. Met meer pijn en meer kwetsbaarheid en zoveel meer gevoel van eigenwaarde. Soms denk ik dat die bulldozer weg is en dat het landschap weer mag bloeien. De bladeren zullen rood kleuren en vallen, de sneeuw zal dwarrelen en in het voorjaar zaai ik nieuwe bloemen. Dan loop ik rond door mijn gevoel en raak de bast van de boom aan. Er in rondlopen is niet zo erg als een appel eten van een Verboden Boom, maar de gevolgen zijn vergelijkbaar met sommige gevolgen van het eten van een appel van een Verboden Boom. Want hoor. Geraas.

Soms komen de mannen om bomen te kappen. Mannen in de vorm van jou. Ik weet dat je niet om regen bidt voor mijn bloemen. Je denkt dat ik oogkleppen op heb en dat heb ik ook maar ik zie je bijl wel.

Natuurlijk geloof ik niet echt dat gevoel niets waard is. Maar het is ook niet meer waard dan iemand.







maandag 14 december 2015

Rechtstreeks huilen.

Ik vind rechtstreeks huilen moeilijk.
Huilen omdat ik iets voel en omdat dat nu eenmaal wel mag maar omdat alle anderen hun schouders ophalen omdat je dingen ook te lang kunt voelen. Wel legitiem maar ook heel dom en eigenlijk een beetje onnadenkend kunt voelen. Dat. Daarom kan ik niet huilen. Maar wel verdrietig zijn.

Dan moet iemand op klaarlichte dag ineens huilen.
Of krimpt iemand ineen omdat daar de angst is. De angst van alleen gelaten worden. En de woorden, die woorden.
Zie. Daar huil ik. Indirect, dat wel.


zaterdag 5 december 2015

Over onzekerheid.

Onzekerheid is één van die paradoxale gevoelstoestanden die het sterkst is wanneer hij eigenlijk niet aanwezig zou moeten zijn. In situaties, daarentegen, waarin onzekerheid mag bloeien als een zonnebloem onder een strakblauwe hemel in de zomer, is het niet meer dan een petieterig zaadje.

De laatste jaren heb ik best wel wat over onzekerheid geleerd. Het bovenstaande dus. Hoe harder je het jezelf verbiedt (omdat je het irritant vindt, omdat anderen het stom vinden en dat laten merken) hoe harder en hardnekkiger het de kop opsteekt. Tijdens mijn stage was dat echt enorm erg. Ik mocht niet onzeker zijn, was het toch en mocht niet zoveel doen, waardoor ik nog onzekerder werd. Zo lekker paradoxaal is dat allemaal. In diezelfde tijd begon ik met een zelfbeeldmethode. Ik was best wel euforisch in het begin, want ik ontdekte dat ik niet stom was, maar dat alleen maar dacht.

Dat was een gewaarwording. Maar dan blijkt dat de gedachten dat je stom bent, nog niet zo één, twee drie van het toneel verdwijnen. Misschien vond ik mezelf dan wel niet stom, maar toch zeker veel minder leuk en mooi dan anderen.

Om onzekerheid te laten verminderen, moet je tegen jezelf zeggen dat het okee is. Dat je onzeker mag zijn. Mild zijn voor jezelf heet dat. Denken: ja. Ik heb klamme handen en ik vind het doodeng om een gesprek of onderzoek te doen. Ik ga het alleen wél doen. Zoiets. En wanneer je de dingen wél gaat doen (die je eigenlijk dus wel echt heel eng vindt) ontdek je steeds meer dat onzekerheid naar de achtergrond verdwijnt en dat je eigenlijk toch wel een prima persoon bent. In ieder geval soms. Dat je luistert naar een onderzoeksgesprek wat je had opgenomen om het uit te werken, je eigen stem hoort en voor de verandering maar een klein beetje gruwt van de schelheid ervan.

Ja. Dingen veranderen.
Het is gek. Ik word geen greintje mooier, maar de mensen zien me anders als toen ik mezelf nog echt stom vond. (En geloof me, een half jaar geleden vroeg ik me nog ernstig af of ik mezelf ooit okee zou vinden). Dit ter bemoediging. Met als boodschap: wees een beetje mild. Niet boos worden als je onzeker bent. Iedereen ervaart dat namelijk. Sommigen kunnen het alleen wat beter camoufleren dan anderen.

vrijdag 4 december 2015

Hoe wij denken.

Vandaag keek ik een aflevering van de documentaire 'the sunny side of spirit'. In de aflevering werd erop in gegaan hoe men in Ghana omgaat met depressiviteit. Of het daar überhaupt wel bestaat. Nou ja, soms dus. Een beschermende factor voor de mensen daar is dat er altijd een sociaal netwerk om je heen is. Terwijl je hier in Nederland eenzaam weg kunt kwijnen als je dat wilt (of niet wilt) is dat daar niet bepaald een optie. Dat vond ik dus wel mooi, want in dat opzicht is onze maatschappij niet altijd leuk. (Hoewel ik gek zou worden als iedereen constant aan me zou vragen hoe het gaat en dat soort dingen, maar wat meer ruimte voor emoties en er zijn voor anderen: ik ben voor!)

Wat ik minder tof vond, was dat ik iets van kritiek op onze westerse leefwijze proefde in de aflevering. Jullie begrijpen onze rituelen toch niet. Dat soort dingen. Dat is denk ik ook wel zo, maar toch.
Ik krijg de kriebels van rituelen met veel lawaai en nog meer de kriebels als ik het gevoel krijg dat mensen hun visie of cultuur beter vinden dan een andere.

Eigenlijk zou dat niet zo moeten zijn.

Maar er zijn dingen in onze westerse samenleving waar ik niet mee uit de voeten kan.

Neem de norm om altijd druk te moeten zijn want anders heb je geen hip leven. Toen ik net was afgestudeerd en wat bijbaantjes in de avonden had, had ik dus écht géén hip leven. Ik schoffelde de tuin en zaaide uien en peultjes. Ik voelde me altijd een beetje belachelijk als ik moest zeggen dat ik nog geen werk had. (Ja, ik ben gelukkiger nu ik een 'druk' leven heb, maar dat is vooral ook omdat ik er zoveel meer zelfvertrouwen van heb gekregen).

Of het idee dat we niet alleen veel moeten werken (want pas dan tel je mee) maar dat we ook ons land vol moeten bouwen en dat we vooral veel spullen moeten hebben. Huis. Auto. Gadgets.
Maar dat er natuur is die wonderbaarlijk mooi is, is iets wat we vergeten. Nee, we kappen bomen en halen weilanden om, zodat er meer meer meer huizen kunnen komen te staan.

Dus. Ik word boos van kritiek op onze samenleving en superioriteitsgevoelens van anderen, maar ik vind dat er wel degelijk dingen misgaan. We zouden er meer voor elkaar moeten zijn. Minder waarde moeten hechten aan druk zijn en méér aan de natuur. Dat was het punt wat ik wilde maken en waar ik weer veel teveel woorden voor nodig had.


zaterdag 21 november 2015

Het betoverde woud.

Afgelopen jaar ontdekte ik het kleuren. Wist ik veel dat zoiets leuk kon zijn. Ik was gewend aan kleuren met viltstiften (prima) of met potloden (maar dat waren potloden van een soort waarmee je vaag en wazig kon kleuren en het voor het mooi zijn van de kleurplaat niet uitmaakte of je de plaat al dan niet kleurde). Dat dus. Totdat ik ontdekte dat er ook goede potloden bestaan. En leuke kleurboeken, zonder al teveel constant dezelfde patronen (want daar word ik chagrijnig van).

Eén van mijn vriendinnen kocht 'Het betoverde woud' van Johanna Basford (bekijk haar facebookpagina maar eens). Haar missie is de volgende: "I'm on a mission to make the world a happier and more creative place through colouring'. Wat ik gewoon mooi vind. Ik geloof er ook wel in. (Tenzij je vreselijk perfectionistisch bent en alles geweldig mooi in wilt kleuren).

Ik kocht datzelfde boek een paar maanden later dus ook. Kijk:

(Foto's van platen maken vind ik trouwens echt heel lastig. Het maakt niet uit of ik de telefoon gebruik of de gewone camera. Dus excuus voor de niet-zo-goede fotokwaliteit).

Maar goed. Ik dacht: ik heb misschien een beetje weinig schrijfinspiratie (wel inspiratie door mijn werk, maar daar moet ik zo voorzichtig in zijn). Ik ga plaatjes posten. Ziehier. Komende tijd af en toe tussendoor wat foto's van de platen uit mijn boek. (Die soms mooi zijn en soms ook niet).










zaterdag 7 november 2015

Ik denk soms dat ik lach terwijl dat niet mag

Af en toe maak ik me een beetje zorgen over mijn gevoel voor humor.

Lachen is heerlijk, lachen totdat je buikpijn krijgt en de tranen in je ogen staan is één van de fijnste dingen die er zijn, maar ik ontdek steeds meer dat ik allemaal dingen grappig vind, die niet voor iedereen grappig zijn. Dat hoeft natuurlijk ook niet, maar ik vind juist die dingen grappig die ik niet even op facebook kan delen of naar iedereen kan sturen omdat ik zojuist in mijn broek heb geplast (figuurlijk hoor) van het lachen. Omdat ik dus weet dat sommigen me dan niet meer zo aardig vinden. Of sadistisch. Of. Wat dan ook. Ik heb zelfs het gevoel dat ik mijn gevoel voor humor moet rechtvaardigen. Terwijl ik tegelijkertijd er heel erg in geloof dat ergens om lachen niet betekent dat je iets niet erg vindt. Het betekent gewoon dat je humor als manier kunt gebruiken om met moeilijke dingen om te gaan. Zoals ik humor zag in de cliënt die boodschappen moest doen met en zonder piekeren en die uitkomsten moest verzinnen hoe dit zou verlopen. Idee is natuurlijk dat het zonder piekeren beter zou moeten gaan. Hij voorzag een roofoverval. En we moesten daar hard om lachen.
Goed. Mijn humor. Een blog daarover is niet compleet zonder een aantal voorbeelden.

1. Gisteren las ik dit artikel op De Speld en ik heb zo hard gelachen dat ik me bijna verslikte. Dat is natuurlijk wel aan-de-rand-humor en voor sommigen over-de-rand-humor, maar het lijkt net of ik dáár juist het hardst om kan lachen. Terwijl ik vanuit mijn beroep natuurlijk ook wel de andere kant ken.
2. Humor die met kinderen te maken heeft vind ik altijd briljant. O nou, ik vind dat mensen kinderen niet moeten slaan en dat mensen lief voor hun kinderen moeten zijn en dat ze maximaal kind moeten zijn. Maar ik vind gemene liedjes en illustraties echt ongelofelijk grappig.

Soms maak ik me dus een beetje zorgen. Omdat ik allemaal dingen grappig vind die een grote groep echt pertinent NIET grappig zal vinden.

Maar misschien wil ik wel weer te graag conformeren.

vrijdag 6 november 2015

Ik kan niet toveren.

Soms voel ik de eenzaamheid.

Het is dan niet eens mijn eigen eenzaamheid. Die soms ook zo graag een naam wil hebben en wil bestaan.

Het was de eenzaamheid van iemand anders. Iemand die niemand had maar toch ook weer wel en die niet zou huilen als iemand doodging van wie hij hield omdat hij van niemand hield. De mensen vragen dat weleens: heb jij nou nooit dat je ergens later nog over nadenkt of dat je ergens mee zit? Nee, zeg ik dan en ik ben echt wel een stomme trut, want soms voel ik me beter als ik de sores van anderen hoor. Het valt bij mij allemaal wel mee, denk ik dan, terwijl ik dan verlang naar de mogelijkheid om kwetsbaarheid te mogen tonen wat natuurlijk niet mag.

Maar soms hoeven de mensen het niet te vragen of ik dat weleens heb en gebeurt het ineens midden op een werkdag, ergens tussen de lunch en de administratietijd in. Ineens denk ik dan aan degene die niemand heeft om wie hij zou huilen en bedenk ik me hoe hij moest huilen maar niets voelde, helemaal niets. Iets in mij huilt dan - omdat ik zo graag wil toveren en wil dat ik de wolken boven zijn hoofd weg kan duwen of op kan laten lossen of weg kan blazen alsof ik de wind was. Omdat ik mensen om hem heen wil toveren die van hem houden en die hun armen om hem heen slaan en die zeggen dat hij er mag zijn en dat hij ongelofelijk bijzonder is. Mensen die het menen en die het niet alleen maar zeggen omdat ze denken dat hij dat nodig heeft.

Dat is dus mijn probleem.

Ik kan niet toveren.
Kon dat maar.

donderdag 5 november 2015

Cynische bui.

Pas op. Je gaat dood aan wat je eet en je gaat dood aan de lucht die je inademt.

Je gaat hoe dan ook dood, maar desalniettemin kun je het uitstellen door iets minder te eten van dat waaraan je doodgaat (of iets eten waar je niet aan doodgaat, maar zelfs als dat al bestaat, dan ga je er te zijner tijd alsnog aan dood, omdat je er eigenlijk wel dood aan gaat maar dat gewoon nog niet bekend is). Je kunt zelfs denken dat je iets eet waardoor je láter doodgaat, omdat dat jouw lichaam zo goed beschermt. Maar dan, ziedaar, op een bewolkte dag in november staat in de krant dat wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat dát effect nou niet zo groot was. Het andere effect. Daarentegen.

En dan is daar de lucht die je inademt. De mensen die het weten zeggen dat die lucht vervuild is en dat het toch wel heel erg is allemaal en ik zal de laatste zijn die dat ontkent. De mensen zeggen dat. Geven het ter kennisgeving aan ons door als een advertentie van een voorgenomen huwelijk in de krant.

Vervolgens mogen we zelf weten wat we ermee doen, maar de banden van de auto's worden nog steeds geproduceerd van spul waar plastic vanaf komt wat in de zee komt en wat de vissen eten en wat wij eten als we vissen eten en waaraan we doodgaan. Wat is het ontroerend dat we die kennis hebben. En dat we mogen kiezen wat we ermee doen.
Vervolgens mogen we ook zelf weten wat we ermee doen en mogen we harder rijden en maakt het geen ene *** uit dat er meer mensen doodgaan (snel of langzaam). Ik vind het geweldig. Die schijnbare keuzevrijheid.

Waarom wordt ons angst aangejaagd, terwijl men zoveel beter de oorsprong van de problemen aan kan pakken? Waarom leren we bang te zijn, maar wordt ons niet verteld wat we dan moeten doen en wat we kunnen doen? Waarom vinden we geld belangrijker dan natuur en gezondheid?

dinsdag 3 november 2015

Liefde.

Omdat ik dan toch inspiratieloos en behoorlijk druk ben (twee baantjes én een cursus waarbij ik in maart een videopresentatie moet geven van een behandelgesprek van mezelf waar ik me nu al doemscenario's bij in het hoofd haal). Soms heb je dat. Dan begin je een zin, maar dan maak je hem niet af. Omdat ik dus inspiratieloos en behoorlijk druk ben, ga ik een filmpje hier neerzetten van Jan Drost. Gewoon omdat ik zijn filosofie heel erg aansprekend vind. Hij maakt namelijk onderscheid tussen romantiek en liefde...

[/frustratiemodus]
Insluiten is op verzoek uitgeschakeld.

Dus. Volg de link als je toch benieuwd bent :).

Link naar een heel gave lezing.


maandag 26 oktober 2015

De angst voor de onechtheid van het goede.

(Dit schreef ik gisteren, omdat ik een paar voorbeelden van 'angst voor de onechtheid van het goede' tegenkwam in het boek 'Eendagsvlinders' van Yalom).

-
Bang zijn mag niet. Niet van jezelf. Niet van anderen. Gewoon niet. Knoop dat nou eens in je oren. (Ik heb het tegen mezelf). 
Hoewel het van mezelf niet mag, mag het van anderen nog meer niet. Het kost tijd om je gerust te stellen - als ze daar al toe bereid zijn. Alles op deze aarde kost tijd. Er zijn betere dingen om tijd aan te besteden dan je angst. De angst dat de boot omslaat. Stel je niet aan, zeiden ze. Ze moesten zo hard lachen en waren tegelijkertijd geïrriteerd want het sloeg echt helemaal nergens op dat ik bang was om in het water te vallen. Ik kon toch zwemmen? En best goed ook.
Kijk eens, zeiden ze. We wiebelen. Dat doen we expres. Ervaar het maar eens. Er gebeurt niets. En als er iets gebeurt, gebeurt er nog steeds niets. Doe niet zo zenuwachtig. Stel je niet aan.
En ik? Ik ben het tot op de dag van vandaag niet vergeten.

Dat is gewoon bang zijn. Bang zijn om overboord te gaan. Bang zijn om onder een boot terecht te komen en niet te weten welke kant uit te zwemmen. De angst uit nachtmerries.

Er is ook bang zijn wat veel minder goed te definiëren is. De angst voor de kracht van onze illusies en de macht van de verbeelding.

Ik ben bang dat de mensen, de bijzondere mensen in mijn leven, op een zekere dag de deur achter zich dichtdoen en denken: zij. Wie is zij alweer? Waarom maakt zij deel uit van mijn leven? Dat slaat toch eigenlijk helemaal nergens op? Ze steken een paraplu op omdat het alwéér regent en met iedere druppel die door de paraplu wordt tegengehouden vinden ze het nog minder ergens op slaan.
Dat kan.
Misschien. Het is mogelijk.
Het is ook mogelijk dat mensen heel. veel. voor je betekenen en dat zij op zekere dag vinden dat je niet zoveel voor hen betekent.
Of, misschien is dat zelfs nog wel mogelijker, bestaat het dat iemand heel. veel. (echt heel veel) voor je betekent en je dacht dat dit andersom ook zo was, maar dat het niet zo blijkt te zijn. En daar sta je dan.

Met in je achterhoofd die keer dat dat ene liedje op de radio was en je aan die persoon moest denken. De blik in zijn ogen. De sneeuw die dwarrelde. Je dacht dat je bijzonder was voor diegene omdat diegene zo naar je keek en omdat je getwinkel zag en sterren gaan pas eens in de heel veel miljoen jaar uit. Twinkel. Twinkel. Kleine ster.

Daar sta je dan. Op de achtergrond staat je verbeelding je heel hard uit te lachen.
Of misschien was het geen verbeelding. Was het echt. Is het het leven.

In het boek wat ik las, las ik over een man die van een vrouw hield. Ze gingen samen op huwelijksreis en de man was euforisch van geluk. Korte tijd later bleek dat ze een ander had en dat ze die ander tijdens de euforische huwelijksreis al had. Dag. Mooie momenten. Met terugwerkende kracht.

Ik las over een vrouw die geweldige momenten had gehad met een man. Hij was haar beste vriend. Genoot met volle teugen van het leven en droeg dat op haar over. Toen bleek dat hij een diagnose had. Er was sprake van manie. Was zijn geluk dan wel echt en niet de euforie die bij de ziekte hoorde? De mooie momenten verbleekten. Met terugwerkende kracht.

Dat is de angst voor de onechtheid van het goede.
Want straks is het goede nooit goed geweest.
En wie ben je dan nog? Met je lege handen?

(Moet je dan zeggen dat je het jezelf zo mooi had verbeeld?
Of mag je zeggen dat de momenten dankzij je verbeelding zo mooi waren - zonder je latere kennis de momenten te laten bederven?)




zaterdag 24 oktober 2015

Het leven in foto's.

Jammer alleen dat ik weinig/geen foto's op het werk maak, terwijl daar de meeste tijd inzit :). Maar goed. Wie weet post ik mijn spreekkamer nog eens.

Ja, ik ga een rokje haken. Fijne kleurtjes, dit.
Donderdag begint mijn cursus. En waar ik in huiswerkbegeleiding iedereen altijd veel liet samenvatten/opschrijven, doe ik dat zelf dus ook. Al is het niet zozeer samenvatten meer (a).
Ik hou van grappige boeken tussendoor. Ter afwisseling op 'Eendagsvlinders' van Yalom en 'Het meten van de wereld' van ik weet niet meer wie.
Thee! Dat is zoveel goedheid in de herfst. Van links naar rechts (alsof het een groepsfoto is): Citroen/gember van Clipper, kersen van Pickwick, Honey-lemon-ginseng van Celestial Seasonings, Thee met amandel van Dilmah, Sterrenmunt van Pickwick, Chai Organic Green Tea van Clipper, mijn favoriet: Indian Chai Tea van Clipper, Earl Grey van Simon Levelt en de Snore & Peach-thee van Clipper die écht naar lavendel smaakt.

Bruiloft van m'n nichtje vorige week. Experimentje met andere kledingstijl en ik hou er wel van: bloesjes met een strik. (O ja en die foto is idioot, maar ik sta te vaak chagrijnig op foto's).



zaterdag 17 oktober 2015

Geluk.

Ik voel me gelukkig, maar soms ook niet.

(En wat is nou gevoel).

Op die momenten dat ik mijn cliënten behandel of heb behandeld en zie dat ze stappen vooruit maken, dat ze inzichten krijgen, dat ze dingen durven delen en dat ze durven huilen. Op die momenten dat ik met collega's lunch en hoor dat iedereen weleens ergens tegenaan loopt. Op die momenten dat ik anderen vertel over mijn werk en veel te lang doorpraat. Dan, dán ben ik gelukkig.

Het schijnt bij mij zo te werken dat ik iets nodig heb om gelukkig van te worden. Zoals het fluitspelen vroeger en mijn werk nu. Is dat een vorm van identiteitscrisis? Ik heb geen idee. Ik merk wel dat ik meer vertrouwen in mezelf krijg door het werk wat ik doe.

Maar soms voel ik me dus ook echt niet blij. Ik vertel mezelf dan dat gevoel maar gevoel is en dat ik er niet zoveel waarde aan moet hechten. Ik zou de wereld op zijn kop kunnen zetten omdat ik iets specifieks voel. Ik zou vriendschappen kunnen verbreken vanwege gevoel. Ik zou veel kunnen voelen en dan zou dat nog geen graadmeter kunnen zijn voor succes. Misschien wel juist niet zelfs. Omdat gevoel iets geks is.

Geluk dus. Wat er soms is en soms ook niet.

vrijdag 2 oktober 2015

Het waren bijna zes mooie jaren.

Ik ben best wel een klein beetje rigide.

Ik huilde twee weken toen we van het huis van mijn jeugd (om het maar een sentimentele benaming te geven) drie meter naar voren verhuisden naar een nieuw gebouwd huis.

Ik hoop en duim dat ik mijn psychologenkamertje (mét cactussen, muntplant, gehaakte beesten, posters en omdenkenkaartjes) niet af hoef te staan aan iemand anders.

Ik krijg een rare kriebel in mijn buik als ik in mijn auto rijd. Dat is ook deels dat gevoel van 'alles bij het oude willen houden' maar deels is het ook een soort van medelijden omdat ik morgen toch écht een andere auto krijg. Als mijn empathie teveel de overhand dreigt te krijgen, denk ik aan de rode lampjes. De verwarming die niet uit wil. Het rechterwiel wat telkens tegen het spatbord aankomt. Op die manier probeer ik te dealen met het idee dat mijn autootje morgen niet meer van mij is.



Poging tot heel moeilijk kijken.

Nou ja, die foto heb ik dan tenminste nog.

donderdag 1 oktober 2015

Navelstaren is ook een vak.

Het is weer die week van de maand. Die week waarin je een drieletterig woord naar elke vrachtwagenchauffeur slingert en waarin alles aan de hele wereld ligt behalve aan jou.

Ja. Gisteren was ik een beetje euforisch.
Ik bedoel, van behandelen krijg ik superveel energie en als ik dat aan het doen ben vergeet ik dat behandelen eigenlijk werken is. Zo voelt het namelijk niet.

Maar toen was het vandaag. En vandaag was dus ook leuk.
Totdat ik me weer bedacht hoe klein de kans is dat ik in dit vakgebied kan blijven werken. Moet ik met driehonderd anderen solliciteren op één GZ-plek?
Op die momenten word ik een beetje verdrietig.

Op die momenten komt er een 'ik haat het dat iedereen gelukkig is' gevoel naar boven.
Dat ik dat zelf een dag eerder ook nog was vergeet ik voor het gemak. Ik haat het dat iedereen foto's van mannenschoenen, vrouwenhakken en babysokjes op facebook post om te tonen hoe heerlijk zwanger men wel niet is. Ik haat het hoe iedereen daar vol enthousiasme op reageert. Ik haat het hoe de mensen opgaan in hun relaties - zodat alles en iedereen daarvoor moet wijken. Nou ja. En ik haat het dat ik niet weet wat ik met de toekomst moet. En ik haat vrachtwagens. Dat ook.

(Ik zal m'n best doen om morgen weer aardig te zijn).