Pagina's

dinsdag 30 september 2014

Mollie makes Birds.

Voor mijn verjaardag kreeg ik van m'n vriendinnen het boekje 'Mollie makes Birds'. Allemaal patronen voor allemaal mooie dingen met vogeltjes. Dingen om te borduren, om te maken met vilt en haakpatronen. Eén van die haakpatronen is een babydekentje. Nou, die heb ik dus gemaakt - en afgelopen weekend weggegeven.




maandag 29 september 2014

Tegenstrijdigheden.

Tijdens mijn stage schreef ik massa's diagnostische verslagen. Als iemand enerzijds zijn problemen actief aanpakte (en daar dus hoog op scoorde) maar anderzijds ook juist heel erg over zijn problemen piekerde zonder daar iets aan te doen, rapporteerden we dat in een diagnostisch verslag als tegenstrijdig. Zoals ik het nu doe, dikgedrukt en wel. Als iemand hoog scoorde op zelfgenoegzaamheid (wat wil zeggen dat die persoon behoorlijk egoïstisch is) maar tevens op zelfopoffering (weer een andere vragenlijst) is dat eveneens tegenstrijdig. Zo ging dat. Wanneer het onderzoek dan werd teruggegeven zaten we tegenover de persoon in kwestie en vroegen om verklaringen. Omdat een persoon zichzelf het beste kent. Waarbij ik dan wel aan moet geven dat sommige vragenlijsten altijd tegenstrijdigheden laten zien.

(Het leukste vond ik het als de resultaten van een onderzoek een eye-opener voor de mensen waren en ze zeiden: "Ja, ja, dat klopt". Sommigen hadden daarbij tissues nodig).

Wat ik ook tegenstrijdig vind, is mezelf. Hoogst tegenstrijdig.

Ik liep te verlangen naar het einde van de stage, want hee, dan kan ik afstuderen en uitslapen en allemaal leuke mensen zien. (O en, in het bos wandelen in de herfst. Kan het beter?). Ik zag er ook naar uit om tijd te hebben om boeken te lezen en om weer mezelf te kunnen zijn.

Nu heb ik tijd voor al die dingen. Ik schrijf achter m'n laptopje aan het verslag (met dampende thee erbij). Ik doe mijn best om mijn sprei af te haken. Ik lees boeken (ja, eindelijk). Ik zie mensen weer die ik lang niet gezien heb [en ook mensen die ik wel vaak zie] en word daar heel gelukkig van.

Dan zijn ze daar ineens. Als een grote, door de wind voortgejaagde wolk. Gedachten.

"En, had je je al bedacht wat je met je leven gaat doen?"
"Je moet geen boek lezen, alle andere mensen zijn aan het werk."
"Het is stom dat je je niet op je gemak voelt in grote groepen mensen die je niet kent."
Onder andere.

Maar misschien is dat wel de luxe van het westerse bestaan. Als je je druk maakt of je je hoofd mag houden en of je morgen wel te eten hebt, dan zijn die vragen stukken minder essentieel.




vrijdag 26 september 2014

De truc. (Dit is geen liefdesverhaal).

Natuurlijk zei ik niet dat het een truc was.
Ik bood het vriendelijk aan.

Het was die keer dat ik kennismaakte met iemand die ik al eerder had gezien. Alleen vanuit de verte weliswaar en ook maar één keer van wat dichterbij, maar toen kende ik hem nog niet. Die ene keer nam ik het besluit dat ik hem wilde ontmoeten.

Raar is dat. Je ziet iemand en je denkt: Ik wil weten wie hij is. Ik wil met hem praten en dat ontdekken.
Dat heeft niet per se iets met romantische gevoelens te maken. Misschien alleen met het potentieel daarvan. Het heeft wel heel veel te maken met geraakt worden door iemand die je niet eens kent.

Hoe het kan weet ik niet maar ik heb hem ontmoet. Normaal zou ik jaren lang van een afstand iemand zien en denken dat ik diegene wil ontmoeten en zou ik dat al die jaren tevergeefs denken en zou ik al die jaren aan een droombeeld vasthouden. Toen ik hem de eerste keer zag, vroeg ik of hij een boek wilde lenen. Natuurlijk is dat een truc. Zorg dat je boeken bij je hebt. Dan zie je de ander weer. En weer. En nog een keer.

Dan blijf je de ander zien.
Terwijl de mier nog altijd fata morgana's ziet in de woestijn.












donderdag 25 september 2014

De liefde en de angst II.

De liefde laat geen ruimte voor angst; 
volmaakte liefde sluit angst uit, want angst veronderstelt straf. 
In iemand die angst kent, is de liefde geen werkelijkheid geworden. 
- De Bijbel, 1 Johannes 4: 18


woensdag 24 september 2014

De liefde en de angst.

Liefde en haat kunnen twee uiteinden van een dichotomie zijn. Links de haat. Rechts de liefde. (Of andersom, hoe je het wilt). Maar er is ook liefde versus angst. Of dat een dichotomie is weet ik niet. Er zijn wel veel angsten die met liefde te maken hebben (onder andere):

- de angst om gekwetst te worden.
- de angst om alleen gelaten te worden.
- de angst dat iemand ontdekt dat je niet zo leuk bent als je lijkt
- meer angst. Voor iedereen verschillend.

Een relatietherapeut zei onlangs (vrij en in eigen woorden vertaald): "Natuurlijk kiezen mensen voor elkaar omdat ze elkaar lief vinden. Mooi. Omdat er kolonies vlinders rondzwerven als ze diegene zien of als ze aan diegene denken. Maar mensen kiezen ook voor elkaar op basis van pijn."

Dus misschien begeleidt de angst de mensen wel in het maken van keuzes. De angst die de liefde soms verjaagt (hoepel op), of die de liefde niet toelaat (niet te dichtbij).



maandag 22 september 2014

Als je aardig bent om aardig gevonden te worden, ben je dan nog steeds aardig?



Er zijn genoeg interessante vragen in het leven en dit is er één van:
Als je aardig bent om aardig gevonden te worden, ben je dan nog steeds aardig?

Ik zou willen dat ik hier een filosofische uiteenzetting over op kon schrijven. Maar ik hou het op wat gedachten. Iemand die wel filosofische gedachten hierover heeft, moet ze vooral wel delen (want misschien ontdek ik dan het antwoord).

De reden dat ik dit schrijf: De mensen zeggen dat ik te aardig ben. “Soms moet je ook eens niet aardig durven zijn,” zeggen ze. En natuurlijk hebben ze gelijk. Ik durf ook weleens niet aardig te zijn, maar alleen bij mensen waarvan ik weet dat ze daardoor niet ineens negatief over mij gaan denken. Familie. Vrienden. Op die manier.

De reden dat ik aardig wil zijn: Ik dacht altijd dat mijn reden om aardig te zijn, te maken heeft met mijn missie: mensen gelukkig maken. Als iemand iets liefs naar me mailt, plak ik het in mijn positieve-dingen-dagboek. Op die manier zie ik aardig zijn. Als iets wat voor iemand net een beetje positiviteit geeft.

Een alternatieve reden waarom ik aardig wil zijn: Het is niet zo leuk om toe te geven, maar misschien hangt dit samen met aardig gevonden willen worden. Als ik aardig ben, zijn de mensen aardig tegen mij, denken ze positief over mij. Wat een mooi streven is natuurlijk. Aan de andere kant zal ik met aardigheid niet bereiken dat iedereen mij aardig vindt – en sommigen zullen al die aardigheid ronduit irritant vinden. (Aardig. Wat heeft het met de aarde te maken? Of is het herleidbaar tot onze oorsprong: modder?)

Mijn conclusie: Zonder wetenschappelijke bronnen te raadplegen gok ik dat iedereen deels aardig is om aardig gevonden te worden. Natuurlijk zijn mensen aardig omdat het een positieve reactie bij anderen oproept en omdat (sommige!) anderen er gelukkig van worden. Mensen zijn ook aardig omdat ze er indirect zelf gelukkig van worden om anderen gelukkig te zien. Maar mensen zijn óók niet zo onbaatzuchtig aardig. Omdat ze anderen nodig hebben en met aardig zijn, bereik je dat je mensen om je heen hebt. Een basisbehoefte. Dus. Wat mij betreft: je bent bijna nooit alleen aardig om aardig gevonden te worden. En in zoverre je aardig bent om aardig gevonden te worden (struikel er niet over) is dat functioneel en denk ik dat de meeste mensen dat toepassen.

-
Ik laat mensen die doen alsof ze aardig zijn buiten beschouwing. Evenals aardig zijn om andere doelen (materiële zaken etc.) te verkrijgen.
 

vrijdag 19 september 2014

Het toonbeeld van treurigheid (of toch niet?)

Een uitgebloeide zonnebloem
Vandaag schrijf ik een klein verhaaltje. En ja, het heeft met die arme zonnebloem van de foto te maken. Een zonnebloem die er heel zielig uitziet, omdat het herfst wordt en hij is uitgebloeid. Wie zou daar niet somber van worden?

Nou. Ik. Want deze zonnebloem heeft een verhaal. Een verhaal van hoop.

Je kunt het niet zien als je naar zijn steel kijkt, maar toen het nog een klein zonnebloempje was, was de steel gespleten. Dusdanig dat ik het plantje achteloos weggooide, met het idee: deze gaat nooit groeien. Ik weet niet meer waarom ik op andere gedachten kwam. Ik dacht denk ik zoiets als: Kom, ik geef hem een kans. Een kleintje. En dus pakte ik hem weer bij het GFT-afval vandaan, drukte hem in de grond en gaf hem een slok water.

De bloem maakte dankbaar gebruik van die kans. Hij is uitgebloeid nu, ja. Maar hij zit bomvol pitten. Hij is heel ver gekomen.

Gisteren moest ik dat even in mijn positieve dagboek schrijven.

woensdag 10 september 2014

Katten en landschappen.

Je bent maar vast gewaarschuwd..

Al jaren staat Picasa op m'n computer. Ik doe er meestal niet zoveel mee. Hoewel ik foto's vaak wel iets bewerk, doe ik dat tegenwoordig meestal maar een beetje en dan met Photoscape. Maar gisteren dacht ik ineens, kom, ik ga wat foto's een beetje een retro-en-jaren-'60-touch geven. Niet omdat het per se mooi is (misschien dat ook wel), maar vooral omdat het charme heeft. En vooral omdat foto's bewerken (als het voor jezelf is en het dus ook niet mooi hoeft te zijn) best wel heel erg leuk is.








maandag 8 september 2014

De kikker.

En toen lag ik ziek hoofdpijn te hebben op de  bank. Gelukkig gaat het alweer wat beter.
Vandaag dus maar eens geen diepe hersenspinsels, maar een foto die ik pas maakte. De lieve beste kikker. (Onkusbaar omdat hij zo snel was).


dinsdag 2 september 2014

Gij zult niet stelen. (Ook geen snoepjes).

Is dat niet het achtste gebod? Het 'gij zult niet stelen' waar ik mee opgegroeid ben. Dit ging zo ver dat er verhalen werden verteld van stoute jongetjes die een koekje hadden gepakt wat moeder per ongeluk op het aanrecht had laten liggen. (Ik vond het altijd heel wat dat de kinderen in de boekjes 'moeder' zeiden. Ik zei gewoon mama). Die stoute jongetjes snoepten stiekem dat koekje op. Moeder had het niet door. 's Avonds lag het jongetje op bed en dan kwamen de bittere tranen van spijt. Hij had gestolen. Op blote voeten hupte hij de trap af, biechtte aan zijn moeder (en vader) op dat hij een koekje had gestolen. Er werd om vergeving gevraagd. De moraal: niet stelen. Ook geen koekjes van je moeder. Tegen deze achtergrond heb ik een mooi verhaal.

Vandaag was een gedeeltelijk zonnige, gedeeltelijk bewolkte dag. Zoals op alle dinsdagen moest ik werken. Geen bezwaar. Het duurt niet lang meer en dan ben ik klaar. En zo zit ik dan op dinsdag bij de receptie. Ik zie mensen binnenkomen, af en toe test ik iemand of zit ik ergens bij, ik werk massa's onderzoeken uit en ik ben héél aardig tegen de mensen aan de telefoon. Mijn collega kwam een paar weken geleden op haar tenen van de trap af. "Even een snoepje," zei ze. (En ik dacht: ik ook). Nu moet je weten: in de kast bij de receptie staat zo'n plastic bak van Haribo (die kleine kinderen blij maakt en volwassenen erbij). Een plastic bak mét snoepjes. Dat werd ons guilty pleasure. Zo tegen het eind van de middag een klein snoepje. Daar is die bak in de kast bij de receptie voor.

Dachten we.

Vanmiddag was het weer zover.
Maar.. als bij toverslag was de bak verdwenen uit het kastje bij de receptie. Ik dacht slim te zijn en zei: "Hij staat vast in de keuken in de kast daar". Nou. Dat klopte. En hoe.






Ik moet er nog steeds om lachen.