Pagina's

maandag 26 oktober 2015

De angst voor de onechtheid van het goede.

(Dit schreef ik gisteren, omdat ik een paar voorbeelden van 'angst voor de onechtheid van het goede' tegenkwam in het boek 'Eendagsvlinders' van Yalom).

-
Bang zijn mag niet. Niet van jezelf. Niet van anderen. Gewoon niet. Knoop dat nou eens in je oren. (Ik heb het tegen mezelf). 
Hoewel het van mezelf niet mag, mag het van anderen nog meer niet. Het kost tijd om je gerust te stellen - als ze daar al toe bereid zijn. Alles op deze aarde kost tijd. Er zijn betere dingen om tijd aan te besteden dan je angst. De angst dat de boot omslaat. Stel je niet aan, zeiden ze. Ze moesten zo hard lachen en waren tegelijkertijd geïrriteerd want het sloeg echt helemaal nergens op dat ik bang was om in het water te vallen. Ik kon toch zwemmen? En best goed ook.
Kijk eens, zeiden ze. We wiebelen. Dat doen we expres. Ervaar het maar eens. Er gebeurt niets. En als er iets gebeurt, gebeurt er nog steeds niets. Doe niet zo zenuwachtig. Stel je niet aan.
En ik? Ik ben het tot op de dag van vandaag niet vergeten.

Dat is gewoon bang zijn. Bang zijn om overboord te gaan. Bang zijn om onder een boot terecht te komen en niet te weten welke kant uit te zwemmen. De angst uit nachtmerries.

Er is ook bang zijn wat veel minder goed te definiëren is. De angst voor de kracht van onze illusies en de macht van de verbeelding.

Ik ben bang dat de mensen, de bijzondere mensen in mijn leven, op een zekere dag de deur achter zich dichtdoen en denken: zij. Wie is zij alweer? Waarom maakt zij deel uit van mijn leven? Dat slaat toch eigenlijk helemaal nergens op? Ze steken een paraplu op omdat het alwéér regent en met iedere druppel die door de paraplu wordt tegengehouden vinden ze het nog minder ergens op slaan.
Dat kan.
Misschien. Het is mogelijk.
Het is ook mogelijk dat mensen heel. veel. voor je betekenen en dat zij op zekere dag vinden dat je niet zoveel voor hen betekent.
Of, misschien is dat zelfs nog wel mogelijker, bestaat het dat iemand heel. veel. (echt heel veel) voor je betekent en je dacht dat dit andersom ook zo was, maar dat het niet zo blijkt te zijn. En daar sta je dan.

Met in je achterhoofd die keer dat dat ene liedje op de radio was en je aan die persoon moest denken. De blik in zijn ogen. De sneeuw die dwarrelde. Je dacht dat je bijzonder was voor diegene omdat diegene zo naar je keek en omdat je getwinkel zag en sterren gaan pas eens in de heel veel miljoen jaar uit. Twinkel. Twinkel. Kleine ster.

Daar sta je dan. Op de achtergrond staat je verbeelding je heel hard uit te lachen.
Of misschien was het geen verbeelding. Was het echt. Is het het leven.

In het boek wat ik las, las ik over een man die van een vrouw hield. Ze gingen samen op huwelijksreis en de man was euforisch van geluk. Korte tijd later bleek dat ze een ander had en dat ze die ander tijdens de euforische huwelijksreis al had. Dag. Mooie momenten. Met terugwerkende kracht.

Ik las over een vrouw die geweldige momenten had gehad met een man. Hij was haar beste vriend. Genoot met volle teugen van het leven en droeg dat op haar over. Toen bleek dat hij een diagnose had. Er was sprake van manie. Was zijn geluk dan wel echt en niet de euforie die bij de ziekte hoorde? De mooie momenten verbleekten. Met terugwerkende kracht.

Dat is de angst voor de onechtheid van het goede.
Want straks is het goede nooit goed geweest.
En wie ben je dan nog? Met je lege handen?

(Moet je dan zeggen dat je het jezelf zo mooi had verbeeld?
Of mag je zeggen dat de momenten dankzij je verbeelding zo mooi waren - zonder je latere kennis de momenten te laten bederven?)




zaterdag 24 oktober 2015

Het leven in foto's.

Jammer alleen dat ik weinig/geen foto's op het werk maak, terwijl daar de meeste tijd inzit :). Maar goed. Wie weet post ik mijn spreekkamer nog eens.

Ja, ik ga een rokje haken. Fijne kleurtjes, dit.
Donderdag begint mijn cursus. En waar ik in huiswerkbegeleiding iedereen altijd veel liet samenvatten/opschrijven, doe ik dat zelf dus ook. Al is het niet zozeer samenvatten meer (a).
Ik hou van grappige boeken tussendoor. Ter afwisseling op 'Eendagsvlinders' van Yalom en 'Het meten van de wereld' van ik weet niet meer wie.
Thee! Dat is zoveel goedheid in de herfst. Van links naar rechts (alsof het een groepsfoto is): Citroen/gember van Clipper, kersen van Pickwick, Honey-lemon-ginseng van Celestial Seasonings, Thee met amandel van Dilmah, Sterrenmunt van Pickwick, Chai Organic Green Tea van Clipper, mijn favoriet: Indian Chai Tea van Clipper, Earl Grey van Simon Levelt en de Snore & Peach-thee van Clipper die écht naar lavendel smaakt.

Bruiloft van m'n nichtje vorige week. Experimentje met andere kledingstijl en ik hou er wel van: bloesjes met een strik. (O ja en die foto is idioot, maar ik sta te vaak chagrijnig op foto's).



zaterdag 17 oktober 2015

Geluk.

Ik voel me gelukkig, maar soms ook niet.

(En wat is nou gevoel).

Op die momenten dat ik mijn cliënten behandel of heb behandeld en zie dat ze stappen vooruit maken, dat ze inzichten krijgen, dat ze dingen durven delen en dat ze durven huilen. Op die momenten dat ik met collega's lunch en hoor dat iedereen weleens ergens tegenaan loopt. Op die momenten dat ik anderen vertel over mijn werk en veel te lang doorpraat. Dan, dán ben ik gelukkig.

Het schijnt bij mij zo te werken dat ik iets nodig heb om gelukkig van te worden. Zoals het fluitspelen vroeger en mijn werk nu. Is dat een vorm van identiteitscrisis? Ik heb geen idee. Ik merk wel dat ik meer vertrouwen in mezelf krijg door het werk wat ik doe.

Maar soms voel ik me dus ook echt niet blij. Ik vertel mezelf dan dat gevoel maar gevoel is en dat ik er niet zoveel waarde aan moet hechten. Ik zou de wereld op zijn kop kunnen zetten omdat ik iets specifieks voel. Ik zou vriendschappen kunnen verbreken vanwege gevoel. Ik zou veel kunnen voelen en dan zou dat nog geen graadmeter kunnen zijn voor succes. Misschien wel juist niet zelfs. Omdat gevoel iets geks is.

Geluk dus. Wat er soms is en soms ook niet.

vrijdag 2 oktober 2015

Het waren bijna zes mooie jaren.

Ik ben best wel een klein beetje rigide.

Ik huilde twee weken toen we van het huis van mijn jeugd (om het maar een sentimentele benaming te geven) drie meter naar voren verhuisden naar een nieuw gebouwd huis.

Ik hoop en duim dat ik mijn psychologenkamertje (mét cactussen, muntplant, gehaakte beesten, posters en omdenkenkaartjes) niet af hoef te staan aan iemand anders.

Ik krijg een rare kriebel in mijn buik als ik in mijn auto rijd. Dat is ook deels dat gevoel van 'alles bij het oude willen houden' maar deels is het ook een soort van medelijden omdat ik morgen toch écht een andere auto krijg. Als mijn empathie teveel de overhand dreigt te krijgen, denk ik aan de rode lampjes. De verwarming die niet uit wil. Het rechterwiel wat telkens tegen het spatbord aankomt. Op die manier probeer ik te dealen met het idee dat mijn autootje morgen niet meer van mij is.



Poging tot heel moeilijk kijken.

Nou ja, die foto heb ik dan tenminste nog.

donderdag 1 oktober 2015

Navelstaren is ook een vak.

Het is weer die week van de maand. Die week waarin je een drieletterig woord naar elke vrachtwagenchauffeur slingert en waarin alles aan de hele wereld ligt behalve aan jou.

Ja. Gisteren was ik een beetje euforisch.
Ik bedoel, van behandelen krijg ik superveel energie en als ik dat aan het doen ben vergeet ik dat behandelen eigenlijk werken is. Zo voelt het namelijk niet.

Maar toen was het vandaag. En vandaag was dus ook leuk.
Totdat ik me weer bedacht hoe klein de kans is dat ik in dit vakgebied kan blijven werken. Moet ik met driehonderd anderen solliciteren op één GZ-plek?
Op die momenten word ik een beetje verdrietig.

Op die momenten komt er een 'ik haat het dat iedereen gelukkig is' gevoel naar boven.
Dat ik dat zelf een dag eerder ook nog was vergeet ik voor het gemak. Ik haat het dat iedereen foto's van mannenschoenen, vrouwenhakken en babysokjes op facebook post om te tonen hoe heerlijk zwanger men wel niet is. Ik haat het hoe iedereen daar vol enthousiasme op reageert. Ik haat het hoe de mensen opgaan in hun relaties - zodat alles en iedereen daarvoor moet wijken. Nou ja. En ik haat het dat ik niet weet wat ik met de toekomst moet. En ik haat vrachtwagens. Dat ook.

(Ik zal m'n best doen om morgen weer aardig te zijn).