Pagina's

zaterdag 16 maart 2019

het verbeteren van de wereld

Het verbeteren van de wereld begint bij jezelf.

Soms crasht mijn hoofd als ik ergens over nadenk. Zo van: er is zoveel informatie en help, wat moet ik vinden - en is er een oplossing en waarom doen die stomme mensen dat dan niet? Soms vindt mijn hoofd al dat nadenken ook juist wel fijn. Met als gevaar dat ik belerend ga zijn of dat ik vage dingen ga schrijven: welkom in mijn hoofd.

Gisteren dacht ik over het verbeteren van de wereld. Het was halverwege een migraine-aanval (en die laten me meestal niet de meest heldere gedachten hebben). Hoe mensen protesteren en vinden dat we de wereld een betere plek moeten laten zijn voor de generaties na ons. Die betere plek hangt zeker samen met klimaat, maar - lijkt mij dan - met meer dan dat.

Ik zou willen dat iedereen die idealen had. Dat meen ik echt. En dat het makkelijker zou zijn om volgens die idealen te leven.
Om te fietsen, ook al regent het. Om consequent geen vlees te eten. Om tweedehands kleding te kopen (en niet de postbezorger zien grijzen omdat hij alwéér een pakketje (met een jurk) komt bezorgen - shame on me).
Maar ook andere idealen: om niet te roddelen, maar te bedenken dat een persoon ook zo zijn redenen heeft voor stom gedrag (dat iemand je bijvoorbeeld uitfoetert en je vanuit je tenen probeert te doen alsof je het zó erg vindt dat je zoiets stoms hebt gezegd en dat je intussen al zit te bedenken wat je zo eens kapot zult maken en bij wie je zo je hart zult luchten want o, boosheid!).

Gisteren vroeg ik me af wat mijn idealen waren. Dat heb ik me lang niet afgevraagd.

En het was stil.

Een paar jaar geleden wist ik dat heel goed: ik wilde psycholoog zijn en mensen kleine beetjes licht bezorgen.
Nu denk ik: ja. Het is zo mooi als het klinkt. Dat wil ik ook nog steeds. Toch is dat ontsteken van lichtjes zoveel minder simpel dan het lijkt. Het gaat zo erg over anderen. Over de ravijnen en ondoordringbare bossen en woestijnen en rotsen op levenspaden.  Daar is veel licht nodig. Vaak meer dan ik kan ontsteken.

Wat ik me nu meer realiseer is dit: ja, zorgen voor de ander is mooi (in mijn werk). Maar waarom doe ik het? Zijn het alleen idealen? Is het een verkapte manier om een beetje erkenning te krijgen?
Vast ook, ik zal het maar toegeven. Is mijn ideaal op dit moment niet vooral een focus op mezelf? Terugschakelen naar veiligheid en verbondenheid? Ik denk het. En hoewel iets fluistert dat het toch wel verdraaid egoïstisch is zo, zegt iets anders dat het beter is.

Dat is het dan waar ik over zat te puzzelen. Ik geloof eigenlijk wel dat het verbeteren van de wereld bij jezelf begint. Niet alleen bij minder jurkjes bestellen en nooit meer knakworst eten (au), maar ook bij jezelf leren kennen - waarom je doet wat je doet en wat je nodig hebt in dit leven. Van daaruit kun je dan naar de ander. De wereld in. Idealistische lampjes aansteken.

(Misschien denk ik hier volgend jaar weer anders over, maar nu even zo).