Pagina's

maandag 18 augustus 2014

De wc-fobie



Je moet jezelf confronteren met je angsten.
Dan worden ze minder. Dan verdwijnen ze misschien wel.
Ik denk dus nog steeds dat als ik mijn angsten onder woorden breng, ze vast wel echt uitkomen. Net zoiets als wanneer je zegt dat je hoopt dat [insert iets waar je op hoopt] het naar alle waarschijnlijkheid niet gebeurt. Hopen moet je stil doen. Net als wensen. Als er een ster valt.

Maar die gedachte klopt dus niet. En waarom zou ik dan ook niet een angst beschrijven? (Iedereen moet wel angsten hebben).

De mijne gaat als volgt. (Dat klinkt alsof het een liedje is. Wie weet maakt één of andere creatieveling er ooit een limerick over. Een wannabe-psych uit het boerenland, haalde eens ineens de krant..).

Dit is alleen nog maar inleidend geschrijf. Om je nieuwsgierig te maken. (Of om de niet echt geïnteresseerden af te laten haken, dat ook).

Laten we zeggen dat het avond is. Ja. Het is avond. En op die avond zit ik ergens met anderen. Een verjaardagsfeestje, een cafeetje, een restaurant. Maak er maar iets van. Eigenlijk moet ik al naar de wc voordat ik aankom (ik ben een vrouw) maar ik besluit me te gedragen en te wachten tot na de thee. (Of tot na het hoofdgerecht). Dus. Ein-de-lijk mag ik. Soms sturen mensen je naar buiten (ga maar in de bosjes plassen, of in de rozenstruiken. Dat mag ook). Soms wordt de wc netjes met pijlen en bordjes aangegeven. Verdwalen uitgesluiten. Ontsnappen ook. Aan het Lot dan. Het WC-lot.

In mijn dromen zit de wc op slot. Als ik aansluit in de ellenlange rij, kom ik gegarandeerd te laat. Of de wastafels zijn groen uitgeslagen. Of je moet door een heel eng doolhof om er te komen. Of er staan twintig wc-potten op een rijtje zonder deur ervoor of ernaast. Gezellig.

In de echte wereld loop je een ruimte binnen met spiegels. Misschien met een verdwaalde tandenborstel. Of met dames die ijverig hun haar opsteken en hun make-up bijwerken. En je gaat dus naar de wc.

De volgende scenario’s zijn mogelijk:
1.] Je hebt je handen gewassen, draait vrolijk het slot om en komt huppelend weer bij het gezelschap. Die je nieteens hebben gemist.[frequentie: 6 van de 10x].
2.] Je hebt je handen gewassen. Heel erg droog zijn je handen niet, maar dat geeft niet. Je hoort de muziek al spelen – of het geroezemoes van de mensen. Verhip. Het slot draait niet. Hetslotdraaitechtniet. Verdorie. Je denkt: Ik wil eten, vanavond weer naar huis, naar bed. Het slot draait niet. Het slot zit muurvast. Je kijkt omhoog (geen uitweg) omlaag (geen uitweg). Je denkt eraan dat je je telefoon niet mee hebt genomen naar het toilet. Waarom zou je ook? Je denkt aan de anderen die je straks pas gaan missen. Je denkt aan de brandweer die je straks moet komen bevrijden. En dan ineens in al je wanhoop: HET LUKT. Met nog kloppend hart loop je terug. Weer niet. [frequentie: 4 van de 10x].
3.] Imaginair scenario. Fobie en dus geen realiteit. Je hebt opnieuw je handen gewassen. Je blijft maar handen wassen zeg (zou je jezelf niet eens een obsessief-compulsieve stoornis aan laten meten?). Je droogt je handen niet al te goed af – want hee, daar heb je geen zin in tijd voor. En dan draai je dus aan het slot. Je draait en je draait en je weet eigenlijk niet meer welke kant je nou ook alweer op moest draaien. En je denkt aan de brandweer en aan de anderen die het gezellig hebben met elkaar. En aan jij, arme jij. Zonder eten maar met een kraan en een wc. Je zult van dorst niet omkomen. Zo blijf je proberen en proberen.  Uiteindelijk geef je op.
Aan het einde van de avond – vraagt iemand zich af waar je blijft. “Die blijft wel heel lang weg hè,” zeggen ze. Paniekscenario’s.
Een heuse echte brandweer op de stoep.
Een rekening voor het molestreren van een slot. [frequentie: 0 van de 10x].
Nu hoop ik dus echt dat scenario 3 een imaginair scenario blijft.



3 opmerkingen:

  1. Ja, het is juist goed om dit soort dingen op te schrijven en inderdaad te bedenken hoe groot de kans is dat het gebeurt. Bovendien, in het geval van scenario drie kun je ook nog altijd roepen als er iemand naar de wc gaat en aan de deurkruk morrelt (wat gegarandeerd zal gebeuren, want iedereen moet wel naar de wc op een avond) :)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Oh en mijn eigen wc-fobie: ik word altijd zenuwachtig als er geen wc in de buurt is, want ik heb een kleine blaas. Als ik eraan blijf denken, wordt het erger.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ohh die is ook herkenbaar :o.
      Maar dankjewel voor je oppeppende woorden. M'n broer zei dat het slot meestal ook wel open wil als je de deur naar je toetrekt.. hihi er zijn remedies tegen sommige fobieën te vinden :)

      Verwijderen